Vorm van de VPRO 4: Wim T. Schippers

In verband met het verschijnen van het VPRO Gids Covers-boek duiken we in deze zomerserie in de geschiedenis van de VPRO-(televisie)ontwerpers

Zo rond 1967 zijn er een aantal programmamakers die breken met de nog jonge traditie van televisieproductie. Aan de ‘populaire’ kant is daar de jonge regisseur Bob Rooyens. Ambitieus en van plan om alle nieuwste technische snufjes toe te gaan passen maakt hij voor de AVRO showprogramma’s. Moef Ga-ga is daar het bekendste voorbeeld van; één van de eerste programma’s gemaakt voor de generatie van de jaren zestig. Met beatbands, referenties naar populaire (Amerikaanse) cultuur, zoals films en strips. Qua vormgeving zijn de Moef Ga-ga afleveringen legendarisch. Rooyens trekt alles uit de kast: de luminanz-keyer (zwart-wit voorloper van chroma-key), camera’s die continue in- en uitzoomen, vuurwerk, waanzinnige decors met bewegende onderdelen, graphics die door het beeld suizen, niets is te gek.

Omdat Phil Bloom naakt in Hoepla zit regent het opzeggingen bij de VPRO. De makers maken het de klagers makkelijk en geven in de volgende aflevering alvast het adres. Overigens wel keurig netjes volgens het VPRO huisstijl regelement.

Aan de andere kant, de VPRO-hoek, bevinden zich de makers van Hoepla. Wim T. Schippers, Wim van der Linden, Hans Verhagen en grafisch ontwerper Wim Wandel gebruiken veel van dezelfde technieken en een door populaire cultuur geïnspireerde vormentaal. Maar waar het Rooyens gaat om een mooi programma te maken is het de Hoepla-makers te doen om het verstoren en breken van conventies. Ruis door interviews, lukraak getimede titelkaarten die niets met het onderwerp te maken hebben, storings-meldingen alles om de kijker op het verkeerde been te zetten. Als je luistert naar de muziek is het verschil tussen de AVRO en VPRO kant wel duidelijk. Maar als je kijkt naar de gebruikte technieken en het ontwerp van de titelkaarten zijn er ook veel overeenkomsten tussen deze programma’s.


Boven: Tee Set in Moef Ga-ga (AVRO, 25-02-1967)
Onder: The Soft Machine in Hoepla (VPRO, 09-10-1967)

Deze programma’s maken een hoop los, vooral bij de VPRO. De VPRO is dan wel een vrijzinnige omroep, maar ook nog protestants. Het naakt en de choquerende onderwerpen in Hoepla leiden tot grote conflicten binnen de vereniging. Zo eind jaren zestig verandert de koers definitief. De VPRO kiest voor de progressieve koers in haar programma’s. Al snel ziet men in dat daarbij ook de presentatievorm moet veranderen. De omroepster, sinds de allereerste tv-experimenten in 1938 van Phillips in Eindhoven het glimlachende baken in de televisieavond, verdwijnt. In 1969 krijgt de VPRO een vaste televisie-avond en start men met een experiment waarbij vier presentatoren de programma’s aan elkaar praten en nabespreken. Een bloedserieuze en dodelijk saaie presentatievorm die zogenaamd vanwege ‘onvoldoende faciliteiten’ gestaakt wordt. De omroepster keert weer terug, maar blijft uit beeld. Op het scherm komen titelkaarten die de programma’s introduceren en de VPRO-avond een ‘gezicht’ moeten geven. Die titelkaarten zouden dus de progressieve, absurde en ironische eigenschappen van de omroepvereniging moeten weerspiegelen. De VPRO gebruikt maakt gebruik van de grafici van de NOS maar trekt ergens in 1969 of 1970 een eigen ontwerper aan; een Amerikaan die humoristische titelkaarten moet gaan maken. Het is niet duidelijk of zijn vormgeving het beeldscherm heeft gehaald -er zijn in ieder geval geen beelden van-, maar zo absurdistisch, verstorend en kitscherig als de vormgeving van Hoepla zal het ongetwijfeld niet zijn geweest.

Ondertussen heeft een lichtelijk gedesillusioneerde Jaap Drupsteen ontslag genomen bij de NOS grafische afdeling. Deze ontwerper heeft net als Rooyens een goed gevoel voor de technische mogelijkheden van televisieproductie. Net als de makers van Hoepla interesseert hij zich in de avant-garde. Maar helaas is er bij de NOS geen ruimte om zijn ideeën vorm te geven. Bij ontwerp bureau Tel Design is hij echter ook niet helemaal op zijn plaats, want zijn ontwerpen moeten eigenlijk gewoon bewegen.

Volgende week meer over Jaap Drupsteen en de VPRO televisievormgeving.