Labyrinth

Nieuwe mogelijkheden voor vormgeving zijn altijd bepalend voor modegrillen in de vormgeving zelf. Als in de jaren zeventig en tachtig een computer staat voor futuristisch en modern, krijgt veel tv-vormgeving bewust een computeruitstraling. Ultiem voorbeeld hiervan is het VARA-spelletje Labyrinth. Gebaseerd op het computerspelletje Pacman, moeten finalisten door een virtueel Pacman-doolhof struinen, op weg naar de hoofdprijs. In de leader gemaakt door Kal Beerends in 1987 zit een Pacmannetje presentator Peter Jan Rens achterna.

(Ook in de leader van Chips die je niet kunt eten van Theo Dijkslag op de Atari, zagen we pacman.)

Ekseption

Vandaag werd in de Top2000 het nummer ‘Sabre dance’ van de Nederlandse symfonische rockband Ekseption gedraaid. Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid wijst ons via Twitter naar een item uit het Polygoonjournaal uit 1980. We zien een optreden van de band in Oostenrijk. Bijzonder detail: het optreden is aangekleed met elektronisch gegenereerde animaties. Op Nederland 1 en 2 waren in de jaren tachtig ook soortgelijke animaties te zien tussen de reclameblokken in (bijvoorbeeld in dit reclameblok).

Jeugdjournaal

Het NOS Jeugdjournaal maakte veel gebruik van het tekentalent van de NOS Grafische afdeling. Johan Volkerijk illustreerde dagelijks het weerbericht (het KNMI checkt vooraf of de tekening een adequate weergave is van het weer dat komen gaat, daarover meer in het boek), Arie Teunissen maakte eveneens heel erg veel tekeningen voor het Jeugdjournaal. Zowel Volkerijk als Teunissen kunnen snel werken en dat is handig: een item dat de Jeugdjournaalredactie bedenkt, moet dezelfde avond nog worden uitgezonden. Hieronder enkele van die snelle illustraties die uit een lade tevoorschijn kwamen toen we voor Vorm van vermaak bij de redactie op bezoek waren.

 

Vrijzinnige vormgeving: 85 jaar VPRO Gids covers

Op Vormvanvermaak.nl had ik al een reeks berichten over de VPRO geplaatst (vorm van de VPRO) naar aanleiding van het verschijnen van het prachtige naslagwerk van 85 jaar VPRO Gids covers (samengesteld door Piet Schreuders en Beate Wegloop).

Nu staat ook mijn recensie online op Designgeschiedenis.nl. Ik heb natuurlijk gekeken naar het boek zelf, maar ook naar de vormgeving van de VPRO Gids ten opzichte van andere omroepgidsen en de relatie tussen programmagids, televisie en huisstijl bij de VPRO.

Lees de recensie ‘Vrijzinnige vormgeving’ en bestel het boek bij uw boekhandel of de VPRO webwinkel.

Chips die je niet kunt eten

Chips die je niet kunt eten , dat zijn natuurlijk microchips in de computer. Maar het is ook de titel van een educatief tv-programma voor jongeren over het gebruik van de computer, wekelijks uitgezonden in het eerste half jaar van 1986. Presentatoren Liesbeth Holstvoogd en Gerard Sonder praten in de studio met jongeren die zelf computerprogramma´s schrijven en geven les in programmeertaal BASIC.

Theo Dijkslag, destijds een van de ontwerpers van NOS grafisch ontwerp, maakt de leader voor het programma op een Atari 600XL. “De regisseur kwam naar me toe met een computer en zei: “probeer hier maar eens iets op te maken” en gaf het ding mee naar huis. Ik heb toen thuis, in zo’n 6 weken, zo tussen de bedrijven door, stap voor stap deze leader geprogrammeerd. Ik heb me er wel mee vermaakt die winter, het was leuk om te doen”, aldus Dijkslag.

Het is voor Dijkslag een bijzondere leader omdat hij voor het eerst zelf, zonder dat er een camera aan te pas komt, bewegend beeld kan ontwerpen. Met de Atari kan hij direct het beeld manipuleren zonder tussenkomst van operator of editor: “je voerde de codes in en je zag gelijk het resultaat”. Alleen voor het ‘happertje’ dat de tekst ‘opeet’ wordt een editor ingeschakeld. Het ‘happertje’ komt natuurlijk uit Pac-man, een van de populairste Arcade spellen uit de jaren tachtig. Een aantal letters zijn heel mathematisch opgebouwd, bijna als een tabel. Dijkslag: “maar ik heb toch ook geprobeerd om niet te dicht op het computer-idioom te blijven zitten door de ‘s’ echt als een schrijfletter weer te geven bijvoorbeeld. Anders wordt het zo stijf.”

De regisseur van het programma, Fred van der Bosch, gebruikt de leader creatief: elke aflevering hebben de achtergrond en/of de grijze delen een andere kleurtje. En die kleuren worden vervolgens ook geprojecteerd op de driedimensionale decorelementen, ontworpen door Kris Zdzienicki.

Dijkslag mag de Atari XL houden, maar geeft hem toch maar terug: “Ondertussen deed de nieuwste Amiga met grafische interface en muis zijn intree. Dat werkte veel makkelijker en simpeler, de Atari was toch wel abstract om mee te werken.”

Saul Bass boek

Goed nieuws voor de liefhebbers van filmtitelsequenties: deze week verscheen een monografie over Saul Bass (1920-1996). Op de cover prijkt de arm uit een van de zijn bewegende ontwerpen waarmee het het vak verandert in de jaren vijftig, hieronder de complete sequentie. Naast filmtitelsequenties ontwerpt hij logo’s en huisstijlen voor bedrijven, maakt samen met zijn vrouw Elaine Bass korte films waaronder de Oscar winnende korte film Why man creates in 1968.  Een groot oeuvre en het boek bevat daarom ook meer dan 1.400 afbeeldingen.

Geschreven door Pat Kirkham en vormgeven door Jennifer Bass, de dochter van Saul en Elaine. Verkrijgbaar via Amazon.

Jaap Drupsteen bij Museum Hilversum

Afgelopen donderdag sprak Jaap Drupsteen in Museum Hilversum naar aanleiding van de tentoonstelling Grafisch Geluk. Hij was ruim twee uur aan het woord, maar zoals hij zelf al aangaf: dat zou hij gemakkelijk twee dagen vol kunnen houden. Want hij heeft de afgelopen 47(!) jaar niet stilgezeten. Sinds 1964 werkzaam op de grafische afdeling bij de Nederlandse Televisie Stichting, na een jaartje bij Tel Design, zo’n 8 jaar huisontwerper bij de VPRO. Sindsdien: televisievormgever, regisseur, ontwerper van bedrijfsfilms en reclame, grafisch ontwerper van postzegels, jaarverslagen, bankbiljetten, paspoort. Drupsteen is VJ bij technofeesten, heeft een eigen jazz-combo opgericht en verzorgt visuals bij uitvoeringen van moderne componisten als Jacob ter Veldhuis, hij doet aan videomapping bij orgelconcerten en steeds vaker componeert hij zelf de muziek onder zijn visualisaties.

VPRO stationcall van Jaap Drupsteen uit 1979

Een enorm veelzijdig oeuvre waar wel een duidelijke lijn in is te ontdekken, namelijk die van de muziek. Geluid en muziek speelden al een grote rol in de VPRO stationcalls. In de reeks die hij in 1979 maakte, koppelde hij de elektronische geluidsimpulsen aan de video-apparatuur. De muziek manipuleerde hier dus rechtstreeks het beeld. De jaren daarop perfectioneerde Drupsteen deze koppeling van geluid en beeld met behulp van computertechnieken tot uiterste perfectie. Bijvoorbeeld in onderstaande leader en bumpers voor kunstprogramma Nederland C (NOS, 1986) waar het lijkt of het beeld de muziek maakt, of andersom, een perfecte symbiose. Een probleem bij het creëren van zo’n symbiose is het afstemmen van de twee ritmes: muziek houdt zich immers niet aan het ritme van 24 beeldjes per seconde waaruit het bewegend beeld is opgebouwd. Ook daar vond Drupsteen een oplossing voor.

Drupsteen liet verder enkele fragmenten zien van zijn meest recente project: video-mappings op orgels bij concerten van Aart Bergwerff. Drupsteen stelt dat orgelconcerten visueel nogal saai zijn. De organist zelf is niet te zien en het publiek kijkt het hele concert naar een orgel dat niet beweegt. Drupsteen ontwerpt abstracte animaties die precies de vorm van het orgel en de muziek die daarop gespeeld wordt, volgt. De animatie wordt geprojecteerd op het orgel en de vertekeningen die ontstaan door de driedimensionale vormen van de orgelpijpen, ornamenten en lijsten voegen weer een extra laag van beweging en complexiteit toe aan het eindresultaat. De timing van muziek en beeld is hier niet gestuurd door de computer. Bergwerff speelt het stuk in op een synthesizer, op basis daarvan ontwerpt Drupsteen de animatie en wordt een een zogenaamde ‘click-track’ gemaakt. Die ‘click-track’ speelt in het oortje van de organist, zodat het tempo van projectie en muziekstuk bij de uitvoering kloppen. Maar, Drupsteen kan de animatie live nog een klein beetje vertragen of versnellen, mocht dat nodig zijn. Extra moeilijkheidsgraad: de organist ziet de projectie niet.


Meer fragmenten van video-mappings op orgels zijn te zien op de site van Drupsteen.

Ander bijzonder beeldmateriaal waar Drupsteen over vertelde waren de visualisaties van Three Plays van Gertrude Stein. Deze werden gemaakt naar een idee van Wilbert Bank, op muziek gezet door Fay Lovsky en in beeld gebracht door Drupsteen. Gemaakt in het kielzog van The Flood (NOS 1985), de televisieopera van Igor Stravinsky waar Bank als dramaturg en Drupsteen als regisseur/vormgever samenwerkte (hun eerste samenwerking was overigens al in 1972 bij de verfilming van Woyzeck hij de VPRO). Omdat The Flood een prestigieuze Prix Italia won in 1987, kregen ze de middelen bij elkaar voor dit volgende project. Helaas was de glorietijd van het spectaculaire televisiegenre muziektheater voorbij, ook regisseurs als Wilhemina Hoedeman en Bob Rooyens kregen nauwelijks meer een voet tussen de deur bij de Nederlandse televisie. Of misschien lag het aan de controversie rond het werk van Gertrude Stein dat de productie nooit in Nederland is uitgezonden. Gelukkig heeft Drupsteen deze productie in drie delen online gezet want de combinatie van de teksten van Stein, de muziek en stemmen door Fay Lovsky, kostuums, decors, regie en effecten vormen een intrigerend en wonderlijk geheel.

Jaap Drupsteen drukt de aftiteling voor Zo is het toevallig... (VARA), omstreeks 1964, bron: VARA archief

Maar om nog even terug te komen op muziek: Drupsteen is zelf ook aan het componeren geslagen. Toen hij al 22-jarige jongeman bij de NTS begon, was hij eigenlijk meer geïnteresseerd in muziek dan in het drukken van titelrollen. Als jazz muzikant was hij gefascineerd door de experimentele free-jazz die rond die tijd ontstond in de Verenigde Staten. Met pop muziek en de Beatles had hij niet zoveel, vandaar ook het bijna kaal geknipte koppie op de foto rechts. De free-jazz leidde naar David Bowie en zo rond 1984 maakt Drupsteen voor het eerst zelf muziek op de computer. Een fragment uit zijn laatste compositie, getiteld Emma cries for help met visuals van hemzelf en 33 1/3 collectiveis hieronder te zien.

Met zoveel interessant en mooi werk kan inderdaad gemakkelijk een week of wat gevuld worden. En ook na de presentatie werd er nog uitgebreid nagepraat over het hoe en wat van wat hij ons allemaal voorschotelde. Liefhebbers van zijn werk kunnen gelukkig al op 25 november weer terecht in Zwolle bij het BeeldBuis festival.

Webreportage omroepdesign

De AVRO besteedt deze week veel aandacht aan design in het kader van de Dutch Design Week Eindhoven. En omdat Museum Hilversum afgelopen weekend de deuren opende van de tentoonstelling Grafisch Geluk – met daarin één etage geheel gewijd aan grafisch ontwerp voor televisie – werd er ook een reportage gemaakt over omroepdesign.

Willem van den Berg laat daarin zien hoe hij begin jaren zeventig thuis op zijn zolder de VPRO-vormgeving maakte; met behulp van (dia)projectoren, kleurenfilters, glas, karton, dia’s en wat er al dan niet van nut zou kunnen zijn om de boel te laten bewegen: gordijnrails, de ijsmachine van zijn vrouw. Frans Schupp vertelt over zijn tijd als ontwerper van het legendarische programma TopPop. Danielle Bremer, de maker van de reportage, haalde daarvoor prachtige beeldfragmenten uit het archief van Beeld en Geluid. Oja, ik kom aan het begin van het filmpje even in beeld om iets te vertellen over tv-vormgeving in de prille jaren van de Nederlandse televisie. Nou ja, gaat dat zien zou ik zeggen op het AVRO Kunst portal en laat weten wat je ervan vindt…

Vorm van de VPRO 7: Bob Takes

In verband met het verschijnen van het VPRO Gids Covers-boek duiken we in deze zomerserie in de geschiedenis van de VPRO-(televisie)ontwerpers

het VPRO logo in 3D door Willem van den Berg

Omstreeks 1986 komt er een nieuwe ontwerpcomputer op de markt: de Cubicomp. Een echte 3D ontwerp computer. De VPRO is de eerste klant in Nederland en koopt de computer voor Willem van den Berg. Omdat hij op dat moment een van de weinigen ontwerpers is die hier bedreven in is, komt hij al snel om in het werk. Bedrijven, onderwijs, reclamemakers, iedereen wil 3D animatie. En er blijft steeds minder tijd over voor de VPRO. De wegen scheiden en de VPRO moet op zoek naar een vervanger.

Cubicomp 1986 demo from Pierre Hénon on Vimeo.

Bumpertje voor BGTV met Michiel Romeyn in 1982

Die vervanger wordt gevonden in Bob Takes. Hij werkt in 1982 voor het eerst voor de VPRO als een van de makers van het reportage-programma BGTV. Bob Takes maakt samen met Michiel Romeyn een aantal minimalistische en grappige bumpertjes. En daarna werkt hij als redacteur mee aan muziekprogramma Hotel Suburbia. Takes is opgeleid als grafisch ontwerper en toont veel interesse voor ontwerpen op de computer en bewegende vormgeving en zodoende is hij de logische opvolger van Van den Berg. Maar Takes is niet zo gecharmeerd van wat hij op televisie ziet aan 3D animatie. Geïnspireerd op commercieel Amerikaanse voorbeelden komen er uit de Cubicomp meestal metaal-achtige, glimmende logo’s die door de ruimte draaien en vliegen. Die beeldtaal wordt voor een deel opgelegd door de mogelijkheden en beperkingen van de computer, maar is in die jaren vooral dé trend. Takes laat met zijn VPRO-vormgeving zien dat het ook anders kan.

Witte achtergronden dus, in plaats van het zwart dat sinds de storingskaartjes uit de jaren vijftig de standaard is. Veel ambachtelijke grafische elementen: verfspatten, potlood, inkt en krijt, uitgeknipte illustraties, pictogrammen, karton. Maar wel in combinatie met 3 dimensionale vormen. Een van de bekendste afsluiters is die met het wuivende handje, met de eindtune gefloten door Jan Tromp.

Van de vier VPRO-ontwerpers werkt Takes het langste bij de VPRO, van 1986 tot 1992 en van 1997 tot 2004. Net als Willem van den Berg maakt hij van elke VPRO televisieavond iets bijzonders. Met regelmatig nieuwe openingsfilmpjes, afsluiters en verbindende animaties waarover Cor Galis de aankondigingen inspreekt. Maar Takes gaat ook, op verzoek van Roelof Kiers, voor de VPRO-programma’s de vormgeving verzorgen. De autonome types bij de VPRO zijn het daar niet altijd mee eens, maar Kiers was stellig en antwoordde dan: “zorg jij maar dat je programma goed is, dan zorgt Bob dat de avond goed is”. Takes is als ontwerper ook betrokken bij de ledenwerfcampagne van Boudewijn Paans (hoofdredacteur van Vrije Geluiden) “Stop de verloedering” die van de VPRO eindelijk een A-omroep maakt in 1991.

Takes gaat in 1992 rond de wereld zeilen, maar eerst neemt hij een paar maanden de tijd om de nieuwe VPRO-ontwerper in de werken. Die nieuwe ontwerper is Max Kisman. En daarover volgende week meer.

Vorm van de VPRO 6: Willem van den Berg

In verband met het verschijnen van het VPRO Gids Covers-boek duiken we in deze zomerserie in de geschiedenis van de VPRO-(televisie)ontwerpers

Willem van den Bergs audiovisuele carrière start in Rotterdam. Eind jaren zeventig werkt hij mee aan het anarchistische jongerenprogramma Neon. Net als de punk-fanzines van die tijd is het programma opzettelijk amateuristisch in elkaar gezet en dat geldt ook voor de vormgeving. En het mag ook best choqueren: titelkaarten vliegen in brand, tussentitels worden met een spuitbus op de muur geschreven, een beetje storing of een rommelige montage zijn geen probleem en er zijn natuurlijk veel fotocollages in beeld. Vooral die laatsten doen denken aan de beginjaren van televisiegraphics toen de toneelmeester met schuifjes en ijzerdraadjes de “animatie” tot leven bracht. (Zie bijvoorbeeld de prachtige Swiebertje schuiftitel van Frans Lasès of de schuiftitels van Jos van Grieken op dit blog)

Het punkprogramma valt in de smaak bij Roelof Kiers die bij de VPRO op zoek is naar nieuwe, jonge programmamakers. En ook het ledenbestand mag van hem wel wat jonge aanwas krijgen. Van den Berg krijgt dan ook de vraag om ledenwerfspots te maken voor na de Neon uitzendingen op de VPRO televisieavond. De spotjes hebben het gewenste effect, maar de nieuwe koers die Kiers in gedachten heeft voor de VPRO valt niet bij iedereen goed. De programma-makers die school maakten in de jaren zeventig verlaten de omroepvereniging. Jaap Drupsteen is een van hen. Kiers ziet in Van den Berg een goede opvolger, het enorme contrast in technieken en beeldtaal laat goed zien dat de VPRO met de tijd mee gaat.

Van den Berg is de jaren daarna de vaste VPRO vormgever. Drupsteen maakte in de loop van de jaren zeventig zo’n 80 verschillende signalen die elk hun eigen toon of sfeer neer moesten zetten voor het daarna volgend programma. Van den Berg’s vormgeving gaat verder. De ontwerper schuift aan bij de programmabespreking op maandag, werkt de rest van de week thuis op zij zolder en schuur met projectoren, dia’s, lampen, gordijnrails en zelf de ijsmachine van zijn vrouw aan de stationcalls en programmaintro’s. Aan het eind van de week komt er een camerawagen langs die alles opneemt. Elke zondagavond heeft zo een op maat gemaakte vormgeving. Ook de rol van de eindregisseur, Fred van Dijk is daardoor groot. Hij zorgt bovendien vaak voor de muziek bij Van den Bergs werk. Het is zijn verdienste dat de VPRO tot op heden herkenbaar is aan de intro van ELO’s “Here is the news”.

De ledenwerfspots worden een standaard onderdeel van de VPRO televisieavond. Van den Berg maakt er tientallen, meestal met een hoofdrol voor het bekende PTT draaischijf-model (T65) en uiteraard passen ze bij de programma’s van die avond. Een zingend marsmannetje op de science-fiction thema avond en sm met telefoonsnoeren na een programma over pornografie, het kan allemaal bij de VPRO.