Designed Realities – production designer Carol Spier

Zaterdag 28 februari organiseerde Stichting Premsela in het kader van het IFFR een gesprek tussen Timo de Rijk, professor van de leerstoel Design Cultures aan de VU en de Canadese production designer Carol Spier. Spier werkte veel samen met regisseur David Cronenberg, onder andere voor de films: Videodrome, Eastern Promises, History of Violence, eXistenz, Naked Lunch en The Fly.

De Rijk stelde in zijn oratie (2008) bij het aanvaarden van door Premsela geïnitieerde leerstoel dat de studie van design zich niet alleen moet richten op de avant-garde; ook het alledaagse en niet-veranderrijke ontwerp is de moeite waard. Een van zijn voorbeelden betrof de inrichting van Chinese restaurants in Nederland, zoals het voormalige-restaurant naast De Doelen waar het interview plaats vond. In een half afgebroken ‘decor’ van Chinese afdakjes, tussen afhaaltasjes met noodles en gelukskoekjes kwamen ongeveer 60 filmliefhebbers naar het interview kijken en luisteren.

De taken, verantwoordelijkheden en hierarschische positie van de production designer is in Amerikaanse filminductrie duidelijk gedefinieerd en afgebakend, onder andere door de strenge regels die de vakbonden bedongen. De production designer is een van de eerste mensen die een regisseur benadert, soms zelfs als er nog nauwelijks een script is. Samen met de regisseur en de cinematograaf (ook Director of Photography genoemd) beslist de production designer hoe de film er uit komt te zien. De production designer stuurt en coördineert onder andere de kostuummakers, make-up, decorontwerpers, rekwisiteurs, special effects afdeling en illustratoren. Hoe groter de film en het budget, hoe groter de afdelingen.

Naast een intieme samenwerking met de regisseur is met name de samenwerking met de cinematograaf – die aan het hoofd staat van belichters en cameracrew- cruciaal. Spier; ‘they can make or break your design’. Maar andersom geldt hetzelfde: de production designer kan het werk van de cinematograaf positief beïnvloeden door al in een vroege fase rekening te houden met het scheppen van lichtbronnen in de sets. Waar komen ramen, lampen, kaarsen of andere zogenaamde ‘practical lights’? Andere vragen die de production designer zich vroeg in het ontwerpproces moet stellen: Op welke locaties speelt de film zich af? Hoe kleden de hoofdpersonen zich? Hoe wonen ze?

Spier gaf ons een goed beeld van de werkwijze van David Cronenberg. Deze regisseur denkt en werkt heel sterk vanuit de personages. Dit visualiseren van de wereld van de personages in de film is extra belangrijk omdat Cronenberg zich op de set niet per se houdt aan het script. Er worden zelfs geen storyboards gemaakt. Hij stimuleert de acteurs zich te vereenzelvigen met hun personage en laat ze geregeld improviseren. Die manier van werken heeft zo zijn consequenties voor het ontwerpen van sets. Uit voorzorg worden die voor zijn films zo gemaakt dat er in 360 graden gefilmd kan worden. De vierde wand is niet altijd in beeld, maar ‘better safe than sorry’ is de gedachte, ook al zijn de productiekosten daardoor hoger.

Juist omdat de production designer zo in de hoofden van de personages en de regisseur moet gaan zitten, is een persoonlijke handtekening lastig te ontdekken. Één van De Rijks studenten Design Cultures vraagt naar Spiers persoonlijke smaak. Spier beschrijft haar huis: een vol en eclectisch interieur, met vreemde verzamelingen en props uit films. Maar soms moet een production designer iets doen wat tegen zijn of haar persoonlijke smaak ingaat. Sommige karakters vereisen volgens Spier ‘bad design’; de woning van een onaangenaam personage moet ook iets onaangenaams hebben. Het filmpersonage uit het script en de filmische visie van de regisseur zijn bepalender voor het beeld dan de smaak van de production designer. De production designer die de woning van een personage creëert is op dat moment misschien wel meer bezig met acteren dan met ontwerpen. Spier kruipt in hun huid en bedenkt tot in detail hoe kun leven er uitziet, tot en met de manier waarop ze hun tanden poetsen.

Technologie speelt in de films van Cronenberg vaak een grote rol. Maar die technologie ziet er behoorlijk anders uit dan de witte, cleane stijl die nu dankzij Apple de trend is, merkt De Rijk op. Die wereld creëert Cronenberg, zegt Spier, niet door te tekenen maar door hele treffende en beeldende beschrijvingen. Vervolgens aan haar de taak om op onderzoek uit te gaan. Zo beschreef ze het ontwerpproces van de verschillende ‘apparaten’ in eXistenz (1999). Eerst ging ze op zoek naar de meest angstaanjagende operatie-instumenten, -dat bleken die van tandheelkunde te zijn- en voor het organische werd gekeken naar botten. Hieruit ontstonden samensmeltingen die zo goed werkten dat ze ook op het film affiche prijken. Spier heeft een voorkeur voor fantastische films; ‘het is expressiever, je kunt wat meer overdrijven en jouw versie van de werkelijkheid laten zien’. Het werken met regisseurs als Guillermo del Toro en Cronenberg, hoewel ze veel verschillen, bevalt haar om die reden goed; ze hebben een sterke eigen visie en zijn niet mainstream, ‘not boring’.

Stichting Premsela en De Rijk deden met dit interview een goede poging de blik van designhistorici te richten op andere disciplines dan grafisch ontwerp en architectuur. Production design als onderdeel van populaire cultuur is een interessant nieuw onderzoeksgebied waarbij onderzoeksmethodes uit de traditionele kunstgeschiedenis gecombineerd zullen moeten worden met methodes uit het recentere Media-studies.

Grafisch geluk 6: Symposium

Afgelopen donderdag (19 januari) vond het symposium Grafisch Geluk plaats, een van de vele evenementen die Museum Hilversum rond de gelijknamige tentoonstelling organiseert. Het symposium is het resultaat van een samenwerking met de afdeling grafisch ontwerp van de HKU. Het werk van studenten hangt in de tentoonstelling op de etage met ontwerp van hedendaagse grafici. In korte filmpjes laten studenten zien voor hun het grafisch geluk zit. Voor de tentoonstelling zocht het museum daarnaast ook samenwerking met stichting Premsela en het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid. Doordat dit instituut de depots opende, zijn op de derde etage de ontwerpen voor televisie van Frans Schupp en Jaap Drupsteen te bewonderen. Volgens Stef van Breugel, directeur van het sympathieke en kleine museum zijn dit soort samenwerkingen onontbeerlijk voor het voortbestaan van Museum Hilversum.

Continue reading

Leader mash-ups

Vandaag kwam ik weer eens een leuke leader mash-up tegen. Grafisch ontwerper Dann Mathews verhaspelde Star Wars en Mad Men tot deze nieuwe creatie. Dit soort mash-ups vindt ik altijd heel vermakelijk, vaak halen ze het beste uit beide originelen en leggen deze zodoende vast als audiovisuele cliché’s.

De populariteit van de serie Mad Men is voor een deel afhankelijk van het fantastische production design. Alle props, kostuums, haardracht, apparatuur, merken en behangetjes kloppen, maar op het gebied van typografie wordt de plank nog wel eens mis geslagen. Ontwerper Mark Simonson vond een aantal anachronismen in de serie en journalist Andrew Hearst ontdekte dat de aftiteling is gezet in het door velen verafschuwde Arial (uit 1982!). Eerlijk is eerlijk, mij vallen die anachronismen niet op en dus stoor ik me er niet aan. Bovendien; een dramaserie voor televisie is geen historische documentaire.

Toch kan de originele leader van Mad Men me niet zo bekoren. Misschien is het de vallende Don Draper die onplezierige associaties met 9/11 oproept. De leader hoort wel een onheilspellend gevoel op te wekken, vooral in het eerste seizoen als de identiteit van Don Draper nog een geheim is. Maar sinds dat mysterie weg is, zou onderstaande animatie van Paul Rogers ook goed passen.

Er zijn trouwens nog vele, vele Mad Men mash-ups te vinden: met Alice in Wonderland, Megaman of Homer Simpson.

Beste webvideo’s van 2011

Upload Cinema organiseert ook dit jaar weer een webvideo Top 40. Aan de Upload Cinema jury te schone doch lastige taak om uit alle inzendingen van 30 (!) experts (journalisten, kunstenaars, curators, enzovoorts) en de selectie van de eigen redactie het beste van 2011 te kiezen. Een van mijn inzendingen is er in ieder geval al uitgepikt door de NRC die alvast een voorproefje op de site zette.

Het afgelopen jaar heb ik heel anders internetvideo gekeken dan het jaar ervoor. Van 2008 tot 2010 keek ik zo’n 100.000 video’s per jaar. Dat is best veel. Toen mijn periode als conservator van de collectie internetvideo bij het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid erop zat, heb ik de eerste maanden nul video’s gezien. Geen lolcats, geen skateboard ongelukken en geen Star Wars mash-ups. Deze cold turkey afkickperiode had natuurlijk ook te maken met het boek dat eind februari naar de drukker moest, bijbehorende boekpresentatie en website. Maar juist door die website (Vormvanvermaak.nl dus) zit ik nu weer regelmatig uitgebreid te videosurfen. En ik heb er zowaar weer plezier in gekregen! Alleen kijk ik dus naar andere dingen, onderwerpen die mij bezighouden. Motion-graphic design, muziekvideo’s en ja -met lichte schaamte- ook sijpelt er nog wel eens een kattenfilmpje tussendoor (bestaan er mensen die weerstand kunnen bieden aan Maru?). En dat is natuurlijk te zien aan het lijstje van mijn inzendingen voor Upload Cinema. Bovenstaande filmpje maakt denk ik het meeste kans op een plekje in de Top 40. Maar voor de volledigheid hieronder mijn andere vier favorieten van 2011.

Aiur – SURPR!SE (met beeldmateriaal van het Resonace project)

An Abstact Day (eigenlijk uit 2009,maar online gezet in 2011) van Oerd van Cuijlenborg

Melvin the Magical Mixed Media Machine van HEYHEYHEY

en om Lernard & Sander kon ik in 2011 niet heen:

Aanstaande zondag wordt de Top 40 lijst gepresenteerd in de Stadshouwburg in Amsterdam, wees erbij! (Kaartjes koop je hier)

Grafisch geluk 5: Frans Schupp

Vandaag organiseert Museum Hilversum een symposium naar aanleiding van de tentoonstelling Grafisch Geluk. Voor degenen die er niet bij zijn; ik zal hier binnenkort verslag uitbrengen van de presentatie van Jaap Drupsteen en van de andere sprekers vandaag (waaronder Carolien Glazenburg van het Stedelijk Museum, kunstenaar Jonas Staal en Felix Janssen van Total Identity – volledige programma).

Maar voor vandaag wil ik graag nogmaals de aandacht vestigen Frans Schupp wiens werk ook in de tentoonstelling te zien is. Schupp schonk in april tijdens de boekpresentatie zijn privé archief aan het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid. Tijdens het inventariseren en registeren kwam ik niet alleen mooie ontwerpen tegen (storyboards, titelkaarten, schetsen, enzovoorts), maar ook documentatie over die ontwerpen. Zo bewaarde Schupp een brief van de VARA, waarin ze opnieuw ‘verbindings-filmpjes’ bestellen voor hun zondagavonduitzendingen in 1983 (zie de video hierboven).

Dit soort documentatie-materiaal is op twee manieren interessant. Het vertelt ons iets over het werkproces en de relatie tussen opdrachtgever en ontwerper. En het geeft informatie over de huisstijl van de opdrachtgever, de VARA in dit geval. Hoewel de VARA-haan van Swip Stolk al een tijd van het televisiescherm was verdwenen – wegens té arrogant, te protserig, te mannelijk, enzovoorts – stond hij in 1983 nog wel op het briefpapier. Een kwestie van zuunigheid?

Achter het nieuws

De VARAgids introduceert in oktober 1973 de nieuwe vormgeving van de actualiteitenrubriek Achter het nieuws. De gids verwijst naar klaagrecensies als ‘de ongemerkte ondergang van Achter het Nieuws’ uit het verleden, en dat vanaf nu alles beter zal gaan. ‘Achter het nieuws is sneller geworden, afwisselender’. Voorafgaand aan de restyling hebben verschillende NOS-vormgevers een voorstel gedaan. Tenminste: dat is wat wij concludeerden, toen we deze foto’s tegenkwamen in het VARA-fotoarchief. De laatste foto is de huisstijl die in 1973 uiteindelijk is uitgevoerd.

Aanvulling (15-1-2012)
Michel van Dijk (omroepers.nl) mailde nog aanvullende informatie en beeldmateriaal nav van deze post:

Naar aanleiding van een artikel over de nieuwe vormgeving van Achter het Nieuws uit 1973 heb ik twee shots gevonden zoals het op de televisie te zien is geweest. Het logo is in het blauw en het decor grauw en sober. Het komt uit de collectie van Roy Koning. Uit mijn research kan ik mededelen dat Achter het Nieuws in 1976 of 1977 een complete andere vormgeving kreeg (rood).

Meer informatie over Achter het nieuws in de Beeldengeluidwiki.nl.

Aanvulling 2 (10-9-2015)

Dorus van der Linden, de decorontwerper verantwoordelijk voor dit decor schrijft over dit ontwerp:

“Bij de presentatie van het nieuwe basisdecor voor Achter het nieuws aan de presentatoren en de redactie – altijd een spannende bijeenkomst – worden de presentatietafels en stoelen uitgeprobeerd, bekeken of het zicht op de ingebouwde monitoren wel goed is en wordt de algehele vormgeving aan een kritisch oog onderworpen. Gelukkig voor mij en voor Siem Suurhoff, de regisseur waarmee ik de plannen had besproken, was men wel tevreden. Tot één van de presentatoren (serieus !) opperde dat hij wel ‘n bloemetje of plantje op tafel miste…

Het zal waarschijnlijk dát zijn wat Marcel van Dam, destijds voorzitter van de VARA, later bedoelde met zijn uitspraak over dit decor: “Dit is een decor om de derde wereldoorlog in aan te kondigen!” Ja, wat wil je…. zonder bloemetje.”

Labyrinth

Nieuwe mogelijkheden voor vormgeving zijn altijd bepalend voor modegrillen in de vormgeving zelf. Als in de jaren zeventig en tachtig een computer staat voor futuristisch en modern, krijgt veel tv-vormgeving bewust een computeruitstraling. Ultiem voorbeeld hiervan is het VARA-spelletje Labyrinth. Gebaseerd op het computerspelletje Pacman, moeten finalisten door een virtueel Pacman-doolhof struinen, op weg naar de hoofdprijs. In de leader gemaakt door Kal Beerends in 1987 zit een Pacmannetje presentator Peter Jan Rens achterna.

(Ook in de leader van Chips die je niet kunt eten van Theo Dijkslag op de Atari, zagen we pacman.)

Aftellen

Bij de Top2000 zijn ze al een tijdje aan het aftellen naar de nummer 1. We weten al wat we in de laatste minuutjes van 2011 te horen krijgen:’Bohemian rhapsody’ van Queen. Maar wat zien we op tv?

Martin Roodnat (Forsrood media design) is al zo’n 10 jaar als ontwerper betrokken bij de Top2000. Hij maakte de groei mee van radioshow naar multi-mediaal evenement, compleet met merchandise en een grote fanbasis (ook te zien in de rijen bezoekers die een kijkje kwamen nemen in het Top2000 café/studio bij Beeld en Geluid in Hilversum). Bij zo’n uitdijend fenomeen is het eens in de zoveel tijd nodig om te kijken of de vormgeving van alle uitingen wel met elkaar in overeenstemming zijn. Enkele maanden voor de uitzending van nummer 2000 begint het overleg al tussen web, radio, tv en andere redacties. Bijna elk jaar wordt het ook het een en ander aan de vormgeving aangepast. Kleine dingen; zoals de achtergrond die bestaat uit platenhoezen en die dit jaar iets schuin staat.

Roodnat verzorgt ook een 3D animatie die te zien is in de laatste minuten van 2011 bij de Top2000 tv-uitzending op Nederland 3. Roodnat raakte midden jaren tachtig in de ban van 3D animatie. Bij Willem van den Berg leerde hij de Cubicomp bedienen. Die computer kostte destijds tonnen en was lastig te bedienen. Het renderen van één frame duurde wel 1,5 uur en moest dan beeldje voor beeldje op een Ampex-band worden gezet (zie foto hiernaast). Dat kon bovendien maar op een paar plekken in Hilversum en als er dan nog video-beeld in gekeyed moest worden, dan moest daar een dure editsuite (+editor) voor gehuurd worden.

Dat is nu wel anders, Roodnat werkt voor de aftel-animatie samen met Alexander Otto. Beide werken vanuit hun eigen studio aan huis in Amsterdam en Groningen. Roodnat: ‘Onvoorstelbaar dat je het nu allemaal vanuit huis kan doen. Ik heb net weer een nieuwe computer aangeschaft die weer vijf keer zo snel is als m’n oude, die helemaal niet zo oud nog niet is. Overleg gaat voor een groot deel via Skype, e-mail en telefoon, animaties stuur je door via Wetransfer. Het gaat allemaal zo makkelijk nu.’

Hieronder alvast een kleine preview van de animatie (die in totaal net zo lang is als het de nummer 1 van de Top2000: zo’n zes minuten) en een gelukkig nieuwjaar!