Lokatie: Kampstraat

© Beeld en Geluid

Verhuizers van de fa Nijman © Beeld en Geluid

Op deze pagina in de Beeld en Geluidwiki.nl heb ik, met veel hulp van Leo Ooijkaas, een groot aantal foto’s geplaatst van het Decorcentrum aan de Kampstraat in Hilversum. De foto’s zijn gemaakt begin februari 1972 bij de verhuizing naar de nieuwbouw op wat nu het Mediapark heet. Er zijn die dag ook filmopnames gemaakt, maar helaas zijn deze (nog?) niet digitaal beschikbaar. Herken je iemand, of komt een mooi verhaal of anekdote naar boven? Mail het door naar info@vormvanvermaak.nl of laat een reactie achter onder dit bericht.

Rinus Ides in de bloemenopslag in Voorbouwhal 2 - © Beeld en Geluid

Rinus Ides in de bloemenopslag in Voorbouwhal 2 – © Beeld en Geluid

Het begin: Arnold Kroon

Begin bij het begin: de sollicitatie. Hoe komen de decorontwerpers binnen bij de NTS? Wat wordt er van hun gevraagd? Het vijfde verhaal in deze rubriek is van Arnold Kroon. Op 15 augustus 1955, een dag nadat hij zeventien is geworden, begint Arnold Kroon als leerling timmerman bij de NTS. In 1962 wordt hij ontwerpassistent bij decorontwerp.

Arnold Kroon, ca 1962

Arnold Kroon, ca 1962

“Ik verdiende 18 gulden en 40 cent, de brief heb ik nog. Er werkten toen zo’n acht mannen onder leiding van Jan Noorda en zijn secretaris Vermeij: Jac Hey, Kees Letter, Jan Blaak, Kuipers, Van Bentum, Chris de Brueys en decorateur Ger Nooy. Met Ger Nooy hadden we altijd ruzie want hij schilderde de achterdoeken op de vloer in de Ambachtsschool. Wij bouwden daar omheen de decors. Als je je voet per ongeluk op het doek zette, kwam hij gelijk met zijn kwast, pats op je schoen!

Als leerling timmerman werkte ik in de Ambachtsschool in Bussum, maar ook in het gebouw aan de Plaggenweg wat er bij werd gehuurd. Daar was de machinale, daar stond een circelzaag en op de as daarvan zat een boor om bijvoorbeeld pen-gat verbindingen te maken. In het begin moest ik daar oude verf van decorschotten krabben. Die schotten werden telkens opnieuw geschilderd en op een gegeven moment zal er dan een dikke laag verf op. Dagen lang hebben Chris Bruwijs en ik met een beitel staan bikken. Ik reed de schotten in een handkar van en naar de studio’s. Jack Hey reed ook schotten heen en weer. Hij had een BMW met een kap die omlaag kon, zo konden we de schotten erin zetten.

In Vitus kwam ik wel eens boven in het kamertje waar de regie zat. Vanuit die kamer kon je zo in de huiskamer van de bakker aan de overkant kijken. Dan zag je hem ‘s avonds na een dag hard werken binnenkomen, televisie aanzetten en lekker op de bank ploffen met de benen op tafel. “Moet je opletten”, zegt een technicus – ik weet niet meer hoe hij heet, maar het was een echte grappenmaker- en hij draait aan een knopje waardoor er strepen door het beeld gaan lopen. Niet alleen bij de bakker, maar door het hele land. Je zag de bakker zuchten, overeind komen, aan de knop op het toestel draaien tot het beeld weer goed was. Als hij net weer lekker zat, benen weer op tafel, draait de technicus het signaal natuurlijk weer goed.

Ik heb zelf ook wel eens onbedoeld voor een storing gezorgd. Naast Vitus was een smal steegje, daar moest je heel voorzichtig achteruit met de wagen om te laden en lossen. Er zat in dat steegje, hoog tegen de muur een kast met een noodschakelaar. Maar dat wist ik niet. Wij waren daar in de weer met grote schotten en stoten ze tegen die schakelkast, maar hebben niets in de gaten. In de studio breekt paniek uit, het hele gebouw zit zonder stroom! Wie heeft dat gedaan? Wij hadden helemaal niet in de gaten dat wij dat veroorzaakt hadden.

Na een avondcursus meubelmaken, werd ik timmerman en werkte ik tot eind 1958 bij de vakgroep machinale houtbewerking met Kuipers en Van Bentum. Tot oktober 1959 zat ik met het korps mariniers in Nieuw Guinea. In die tijd verhuist decorbouw naar de Kampstraat in Hilversum. Daar komt de opslag van rekwisieten, en textiel, er is een houtopslag en aparte ruimtes voor decoratie, houtbewerking, voorbouw en meer. Voor het vervoer van decors tussen Hilversum en Bussum komen diepladers.

Afd. Machinale houtbewerking in de Ambachtsschool, Bussum.  Kroon staat in het midden (tweede van links), op de voorgrond staat Hans Kuiper, rechtsachter Arie van Bente

Afd. Machinale houtbewerking in de Ambachtsschool, Bussum. Kroon staat in het midden (tweede van links), op de voorgrond staat Hans Kuiper, rechtsachter Arie van Bente. ©Beeld en Geluid

Na militaire dienst ging ik in de Kampstraat aan de slag als decoruitvoerder. Mijn vader zat er nogal achteraan. De jaren ervoor kwam hij elk half jaar naar Van der Kolk en Noorda om te vragen hoe het met mij ging en of ik mijn best wel deed. Na militaire dienst vond hij dat ik verder moest, ik ging naar de kunstacademie. Maar dat bleek een schilderschool te zijn, hij had zich vergist. Op de echte kunstacademie, Artibus, kon ik eigenlijk niet terecht omdat ik geen middelbare school diploma had. Omdat ik bij de televisie werkte mocht ik toch drie maanden op proef komen. Ik heb wekenlang boomschors getekent en werd aangenomen. De eerste drie jaar gingen me redelijk makkelijk af, maar in het laatste jaar kwam de creatieve kant en werd het wat moeilijker voor me. Na drie jaar op de academie kwam ik in 1962 op de afdeling decorontwerp.

Van der Kolk en Jan van der Does hadden zich hiervoor ingespannen, ik was een van de eerste ontwerpassistenten bij decorontwerp. Ik wist natuurlijk alle maten die bij decorbouw gebruikt werden en daar hadden ze bij decorontwerp veel plezier van. Zo heb ik in opdracht van Van der Does van alle studio’s een plattegrond getekent waarop de ontwerpen ingetekend konden worden. Op die plattegronden moest ook allerlei technische informatie over aansluitingen voor licht bijvoorbeeld. Van der Does wilde dat de drukker alles zou controleren, maar die man had daar helemaal geen zin in. Dus die betaalde mij om dat te doen en ik hield mijn mond tegen Van der Does.

In de begintijd toen ik ontwerpassistent werd, heb ik ook voor Peter Zwart getekend. Ik vond het moeilijk hem te benaderen, hij was er vaak niet en ik was jong en keek tegen hem op. Dus ja, bij meneer Zwart op kantoor komen, dat was wat. Ik had een tekening voor hem gemaakt, een Oostenrijks interieur geloof ik, maar ik had nog een vraag. Die ochtend had ik al een paar keer op zijn deur geklopt voordat er een bars “Ja, binnen” klonk. “Nou jongen, laat maar eens kijken wat je hebt gemaakt.”  Ik zei: “Ik heb nog een vraag, moet er een houten vloer of een tegelvloer in?” “Wat denk je”, vroeg hij, “wat denk jij nou dat daar in moet?” Voorzichtig antwoordde ik: “Ik denk een houten vloer.” Hij begint direct te schreeuwen: “Een houten vloer! Hoe kom je erbij!” Ik schrok me kapot, vergeet het van m’n leven niet meer. Maar later dacht ik, als ik gezegd had dat het een stenen vloer moest zijn, had hij waarschijnlijk hetzelfde gereageerd.”

Zie ook:

Lokatie: Ambachtsschool (1956-1960)

In april 1956 huurt de NTS een leegstaand oud schoolgebouw vlak bij studio Irene. Het voormalig schoolgebouw staat op de hoek van de Schoolstraat en de Landstraat in Bussum (link naar de exacte lokatie in GoogleMaps). Het gebouw telt drie verdiepingen en biedt ruimte aan de ongeveer 18 medewerkers die bij decorbouw, requisieten en de afdeling ontwerp werken. Verder komen er nog een aantal onderafdelingen van de Technische Dienst in het gebouw.

Via Oneindig Noord-Holland, onh.nl

 

De decorontwerpers Peter Zwart, Fokke Duetz, Cor Hermeler en grafisch ontwerper Jan van der Does verhuizen ook naar de Ambachtsschool. Maar waarschijnlijk is dat niet direct in april 1956. Jan van der Does herinnert zich een hoekhuis, vlak naast de Ambachtsschool waar ze een korte periode met z’n vieren zitten. Van der Does: “Op de begane grond bij binnenkomst gelijk links in een klein kamertje zaten Cor Hermeler en ik. Verderop de gang rechts en links zaten Peter Zwart en Fokke Duetz, de decorontwerpers.”

Uit Wij zijn vijf (NTS, 2-10-1956)

Uit Wij zijn vijf (NTS, 2-10-1956)

Van der Does beschrijft waarschijnlijk de ruimte die in de NTS jubileumfilm Wij zijn vijf van oktober 1956 in beeld is (filmpje is hier te zien). Rechts zijn drie hokjes met tekentafels en bureaus van elkaar gescheiden door tussenwanden met ramen. Daarachter een brede voorkamer met zeer veel licht. Aan de ramen en indeling te zien is dit in niet in de Ambachtschool.

De ruimte waar de decorontwerpers in de NTS-jublileumfilm uit oktober 1956 te zien zijn, is waarschijnlijk al wel de Ambachtsschool. Het is in iedere geval een nieuwe ruimte, zo vertelt de commentator: “Peter Zwart, de man die in een klein kamertje jarenlang decors uitdacht, kreeg, met zijn medewerker Fokke Duetz en de andere leden van de staf, een ruim en nieuw vertrek, waar frisse ideeën konden worden uitgewerkt.” Waar dat “kleine kamertje” was, waar Zwart daarvoor zat, is dan waarschijnlijk het hoekhuis waar Van der Does ook nog even heeft gezeten.

Het is niet precies na te gaan wanneer de decorontwerpers naar de Ambachtsschool verhuizen, maar onderstaande foto’s uit de persoonlijke archieven van Peter Zwart en Fokke Duetz zijn gemaakt in of vlak voor 1958, te zien aan de ansichtkaart die rechtsboven op het prikbord achter Zwart is gestoken.

Hermeler, Zwart, Duetz, ca 1956

Hermeler, Zwart, Duetz, ca 1958

Duetz en Zwart in een decorbespreking, ca 1956

Duetz, Hermeler en Zwart in een decorbespreking, ca 1958

Fokke Duetz en Cor Hermeler aan het werk in de Ambachtsschool in Bussum

Duetz en Hermeler, ca 1958

Zoals op de foto’s hierboven te zien is, zijn er provisorische tussenwanden gemaakt op de eerste verdieping van de Ambachtsschool. Op het kantoor staat een bureau voor Zwart, een tekentafel, een tafel met de ‘blokken’ (miniatuurversies van de aanwezige praktikabels), een vergadertafel. Aan de muren hangen ingelijste decorschetsen. De grafici hebben op dezelfde etage een andere ruimte. Daar zitten in 1958 Jan van der Does, Ger van Essen en Hans Moolenaar. In 1959 wordt Massimo Gotz de vierde decorontwerper in vaste dienst bij de NTS en Jan van der Does stroomt ook door naar Decorontwerp. Ton Holst komt de grafische afdeling versterken.

In 1960 begint de afdeling Ontwerp sterk te groeien. Op onderstaande foto, gepubliceerd in de Leeuwarder courant op 4 juni 1960 is het al aardig vol op de grafische afdeling. Van links naar rechts zien we Ger van Essen (die Jan van van der Does opvolgt als chef van de onderafdeling), Ton Holst, Reina Nieland, Hans Moolenaar, Marcel van Woerkom en Jac Hey.

leeuwarder courant 4-6-1960(3)

Leeuwarder courant, 4-6-1960

De verslaggever van de Leeuwarder courant schrijft: “Een bezoek aan de afdeling betekent een klimtocht door een holle ambachtsschool in Bussum, gebouwd tegen de oude Irenestudio (…). Langs steile trappen en door nauwe gangetjes komt men in het nokje van dit fantasieloze gebouw uit de vorige eeuw. We sjokken achter twee mannen aan, die enorme plasticpijpen naar boven sjouwen. “Daar maken ze boven van alles van”, zegt de portier geheimzinnig en dat kittelt onwillekeurig het duiveltje der nieuwsgierigheid in ons. Peter Zwart staat vlak achter de deur van zijn afdeling. Als een enorme wildeman met een haardos en een snor, die even nors aandoen als zijn manier van telefoneren.”

Het bezoek van de journalist en de fotograaf die bovenstaande foto’s nam, is zeer waarschijnlijk al voor mei 1960 geweest, want in mei verhuist de ontwerpafdeling naar de Emmastraat 54 in Hilversum. Jack Hey schrijft daarover: ” Een enorme verbetering van werkruimte, licht en lucht” (zie verder deze memo over maquettebouw tussen 1959 en 1962).

De begane grond van de Ambachtsschool is tot april 1960 in gebruik bij decorbouw. De vakgroepen bij decorbouw groeien veel harder dan de afdeling decorontwerp. In het nieuwe decorcentrum in een oude tapijtfabriek in Hilversum zijn aparte ruimtes voor alle verschillende vakgroepen. Zo zitten ze bij elkaar, zonder elkaar voor de voet te lopen.

De Ambachtsschool wordt nu geheel in gebruik genomen door de afdeling film. Deze afdeling verhuist pas in 1983 naar Hilversum en daarna wordt de Ambachtsschool gesloopt.

Sloop van de Ambachtsschool in 1983. Via Oneindig Noord-Holland, onh.nl

Heb je foto’s van de Ambachtsschool (interieur of exterieur) uit de periode 1956-1960? Of van de huisvesting van de decorontwerpers van voor 1958? Mail ze aan info@vormvanvermaak.nl of laat een reactie achter onder dit bericht.

Herinneringen aan: Jan Pet

Jan van der Does vond deze tweetalige brief van Jan Pet. Jan Pet en Jac. Hey waren in de vroege jaren vijftig de rechterhanden van Peter Zwart. Ze maakten van de schetsen van Zwart uitvoerbare decors, schilderden, bouwden, vervoerden en decoreerden sets en voerden decorchangementen uit. In het interview met Peter Zwart uit 1991 (voor het Omroepmuseum) vertelt Zwart dat Jan Pet aan kanker leed en daaraan is overleden. Pet kwam later dan Hey, dus waarschijnlijk in de loop van 1952 of daarna. Wanneer hij overleden is, is mij nog niet bekend, maar waarschijnlijk is dat al in 1955 of 1956 geweest.

Brief van Jan Pet - 11 juni 1955 (prive-archief Jan van der Does)

Brief van Jan Pet – 11 juni 1955 (prive-archief Jan van der Does)

De tekst van de brief die op 11 juni 1955 bij de NTS aankwam: “Waarde Njang Tse Sjang-vrienden, Met het bovenstaande bedoel ik eigenlijk dat ik het hier zolangzamerhand stomvervelend begin te vinden en dat ik graag gauw weer in Bussum wil zijn en ik hoop dat het U allen goed gaat en dat de NTS steeds maar door hele flinke dingen mag blijven doen en dat ik heel veel aan jullie denk en dat iedereen mijn hartelijke groeten ontvangt. De vijfde regel van links is mij echt uit de pen ontglipt, ‘t is wel een beetje raar verhaaltje, maar ja, het staat er nu eenmaal, ‘t is trouwens echt gebeurd. Hoogachtend J. (?) Pet”

This slideshow requires JavaScript.


Waarschijnlijk staat Jan Pet op bovenstaande foto uit het archief van Jan van der Does. Het is -gezien het feit dat Erik de Vries als centrale figuur op de foto staat (midden, bovenste rij)- waarschijnlijk een foto uit de experimentele periode. Peter Zwart draagt een schildersjas, waarin hij vaker geportretteerd is in de vroege jaren vijftig. Jac Hey is daarintegen gewoon in pak. De man die links in witte jas hurkt zou Jan Pet kunnen zijn. Weet je meer over Jan Pet? Laat een reactie achter bij dit bericht, of mail naar info@vormvanvermaak.nl.
Via de Historische Kring Bussum is een lijstje te vinden met alle namen op bovenstaande foto. Jan Pet draagt als enige op de foto een hoofddeksel en staat links naast Jacques Hey. De foto is genomen op 1 oktober 1953. (Via Historische Kring Bussum)

Jan van der Does: verkeersbord en decors

Jan van der Does deed eind december in de garage nog een aantal interessante vondsten: decorschetsen, en onderstaand krantenknipsel. Dat soort opdrachten kwamen in de jaren vijftig op het bordje van de grafisch ontwerpers.

DSCF6121a

Verder zijn een aantal decorontwerpen boven water gekomen. Voor de De grote veroveraar bijvoorbeeld, van Peter Koen voor de NCRV. Deze dramaproductie is opgenomen op 21 februari en uitgezonden op 3 maart 1962. Het stuk gaat over Alexander de Grote en de meubels zijn allemaal speciaal voor deze productie gemaakt. In latere dramaproducties die in dezelfde historische periode spelen, zijn de stoelen en tafels nog een aantal keer gebruikt (let op het tafeltje uit Een idealist hieronder). De televisie-kritieken -begin jaren zestig worden nog bijna alle uitzendingen uitgebreid beschreven en besproken in de krant- zijn positief, ook de ‘rijke decors’ en ‘uiterst verzorgde aankleding’ vallen op. Veel lof ook voor Coen Flink, die de hoofdrol speelt.

Van der Does vond ook twee ontwerpen voor Een idealist van Jack Dixon uit 1963 voor de VPRO. Dit is een drama over koning Herodes. Op de foto’s uit de collectie van Beeld en Geluid zijn de schetsen en het resultaat te vergelijken. Dit programma is live uitgezonden op 17 januari 1963.

In de garage van Van der Does kwamen verder een serie decortekeningen onder het stof vandaan voor het programma Romeo en Julia, wederom van Jack Dixon. Van der Does: “Ik was altijd blij als hij weer langskwam, dan wist ik dat ik iets moois kon maken.” In dit geval gaat het net als de twee producties hierboven om een historisch setting, maar dit maal is het decor zeer sterk gestileerd. Dixon stond er op dat het decor en dus de schetsen in kleur gerealiseerd worden, dat was voor de acteurs prettiger. (Een van die acteurs was trouwens Herman van Elteren.) De theateruitvoering van Romeo en Julia is voor televisie teruggebracht tot 2 uur. Volgend De Telegraaf had de uitvoering “stijl en sfeer, waardigheid en bovenal ook romantiek en weemoed.” De recensent van Het vrije volk heeft wel het een en ander aan te merken, maar besluit als volgt: “Dank zij Dixons voortreffelijke regie, fraaie schermscenes en een stijlvol decor van JAn van der Does werd het geheel echter toch een televisiemanifestatie die er zijn mocht.” Meer (zwart-wit) foto’s van dit programma zijn te zien in de Beeldengeluidwiki.nl: Gallery:Romeo en Julia.

Tentoonstelling Herman van Elteren

Nog tot en met 2 februari te zien in De Speeltoren in Monnickendam: een overzichtstentoonstelling van Herman van Elteren. Met maquettes, kostuumontwerpen, beeldhouwwerken, bewegend beeld en meer uit de collectie van het Theater Instituut Nederland. Van Elteren (1928) is bekend als acteur en ontwerper in het theater, maar hij werkte ook korte tijd bij de Afdeling Decorontwerp van de NOS/NOB begin jaren negentig. De tentoonstelling is op zaterdag en zondag open van 11.00 tot 17.00.

Misj Brouer: afdelingssecretaresse 1974-1975

Misj Brouer, in 1974-1975 en 1978 afdelingssecretaresse bij de afdeling decorontwerp, was op zolder vanwege de kerstspullen en kwam met onderstaande foto’s terug. Ze zijn genomen bij het afscheid van Fokke Duetz, Jenny van der Geest en Misj (die toen nog Miesje heette) zelf op 2 april 1975. Misj: “Op het feest was Willy Alfredo, die gedichten maakte over ons drieeën. Hij had alleen geen goede info, want ik zat NIET naast mijn man, maar naast Guus van den Heuvel, die hij voor mijn man aanzag en daarop dichtte. Hilariteit alom!”

This slideshow requires JavaScript.

Misje Brouer wordt in 1974 door Randstad uitgezonden naar de NOS als afdelingssecretaresse. Misj: “Ik kom aan in de kantoortuin, niemand te zien, ik ga zitten en paar minuten en niemand in zicht, ga ik dwalen. Kijk om elk schotje, roep ”hallo”, maar ‘t blijft akelig stil. Net als ik op wil stappen komt er iemand uit de lift, ik stort me op die persoon en zeg dat ik hier ben om te werken maar al een hele tijd zit en niemand zie. “Ze hebben de chef afgezet en zijn aan het vergaderen” en weg is hij weer.”

“Leuk bedrijf? Ik vertrek. Bel een paar uur later op, of ik nog nodig ben? Meer dan ooit! Dus de volgende dag weer op de fiets naar de decortuin. Als ik deze keer kom word ik een bureau gewezen en gevraagd of ik een doos wil zoeken er een gleuf in wil maken en er een stembus van wil maken. Dat op zich was een ‘bijzondere’ eerste opdracht. Men stemde voor Freek Biesiot, dat werd mijn baas en wat voor een? Decorontwerper en plots tot ‘baas’ gebombardeerd. Populair, dat ongetwijfeld, gezien het stemmenaantal. Hervormen wilde hij graag, maar ‘baas spelen’… Niet echt!”

This slideshow requires JavaScript.

Als afdelinssecretaresse werkt Misj dus veel samen met de nieuwe chef, die er niet bepaald uitziet als een chef. In Freeks archief zit het volgende Sinterklaas gedichtje. Het bijbehorende cadeau: een naaisetje.

Freek’s pad gaat niet over rozen,
want hij is tot manager gekozen.
Hij zit konstant in de staf
en loopt allerlei vergaderingen af.
Heeft echter weinig kleding smaak
en kleedt zich maar raak.
Naar “hele” kleren kun je fluiten,
laatst nog: Een trui binnenstebuiten!
Of één met gaten,
dat valt niet weg te praten.
Er moet wat worden gedaan,
er moet iémand achteraan,
er moet iemand worden gepaaid,
die voor hem naait.
Met deze hulp doe je het zelf misschien,
enfin… dat zullen we wel zien.
Ook geeft Sint je ‘n kam voor je haar,
wat dat zit ook vaak naar,
zo’n warrige haardos,
zo’n ruige bos.
Persoonlijkheid of niet,
‘t uiterlijk is het eerste wat je ziet.
De Sint wenst je deze 6 maanden succes
en geeft je deze les:

Blijf jezelf ondanks alles,
draag alles wat gek en mal-is,
maar zorg dat het heel is,
als het niet teveel is,
kam eens je haar,
da’s toch niet té zwaar?
Verder veel succes gegund,
zolang je deze afdeling runt.

De Sint

Trucage

Dorus van der Linden stuurde deze portretten door. Ze zijn gemaakt tijdens een trucagecursus in Santbergen, het opleidingsintituut van de omroep. Weet iemand meer over deze cursus en de gebruikte apparatuur? Laat je reactie achter onder dit bericht!

This slideshow requires JavaScript.

This slideshow requires JavaScript.

Correctie: Bart Doests moet zijn Bart Doets

Feestdagen

Misschien hadden jullie het al gemerkt dat het rustig was in het onderzoekslab en op het blog? Ik had mezelf namelijk vakantie gegeven. Ondertussen stroomde de inbox vol met allerlei leuke mails, foto’s en verhalen. Zo is het op de eerste werkdag van 2014 ook nog een beetje feest.

Nick de Weerd mailde onder andere deze mooie ‘krabbel’ gemaakt door Cor Hermeler tijdens een de afdelingsvergadering van 12 mei 1981. Via Freek Biesiot waren al een aantal portretten naar boven gekomen (hier te zien) en misschien volgen er nog wel meer. We zijn naarstig op zoek naar informatie over het (televisie)archief van Cor Hermeler, dus als jullie iets weten of horen, mail het dan naar mij of Nick de Weerd.

Portretten door Cor Hermeler. Vlnr: Corrine Franken, Tim Shortall, Anne Sevinga, Dorus van der Linden, Tijmen de Bree, Freek Biesiot, Richard Heidentrijk, Cor Straatmeyer, Martien van den Dijssel, Gerard Buurman, Tijmen de Bree, Frans van der Aa, Elsje de Waard

Portretten door Cor Hermeler. Vlnr: Corrine Franken, Tim Shortall, Anne Sevinga, Dorus van der Linden, Tijmen de Bree, Freek Biesiot, Richard Heidentrijk, Cor Straatmeyer, Martien van den Dijssel, Gerard Buurman, Tijmen de Bree, Frans van der Aa, Elsje de Waard

Freek Biesiot: filmproducties

Een van de doelen van het onderzoeksproject is het in kaart brengen van ontwerperfgoed van decorontwerpers. Wat is er nog bewaard gebleven en waar is het te zien? Dat erfgoed vormt immers de basis voor het onderzoek. Het is natuurlijk nog beter wanneer de opgespoorde prive-collecties ondergebracht kunnen worden bij instellingen die een duurzame conservering en ontsluiting van het materiaal kunnen waarborgen.

Zoals jullie weten heeft Freek zijn archief aangeboden aan het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid. Deze zomer zijn Freek en ik begonnen met het beschrijven, digitaliseren en onderzoeken van het archief. Dat is veel werk geweest, maar het einde is in zicht. Op de valreep van 2013 konden we alvast het artwork en andere stukken met betrekking tot filmproducties overdragen aan Eye Filminstituut. Freeks materiaal gaat deel uitmaken van de zogeheten Filmgerelateerde Collecties. Hieronder vallen bijvoorbeeld archieven van regisseurs Bert Haanstra, Fons Rademakers, Pim de la Parra, Wim Verstappen, Frans Weisz en Rudolf van den Berg, maar ook archieven van scenaristen, producenten en filminstellingen als de Nederlandse Bioscoop Bond. De persoonsarchieven bestaan onder andere uit brieven, notulen, scenarioversies, productierapporten en begrotingen. Een aantal inventarissen zijn online te raadplegen op http://filmdingen.wordpress.com/.

Soeluh van den Berg en Piet Dirkx van EYE bekijken de schenking van Freek Biesiot.

Soeluh van den Berg en Piet Dirkx van EYE bekijken de schenking van Freek Biesiot.

De schenking van Freek aan EYE bevat ontwerpschetsen, detailtekeningen en lokatiefoto’s voor De avonden (Rudolf van den Berg, 1989); schetsen en detailtekeningen voor Vroeger is dood (Ine Schenkkan, 1987); schetsen, detailtekeningen, script en knipsels van Nitwits (Nicolai van der Heyde, 1987); setfoto’s en omschrijvingen/schetsen van alle filmlokaties voor De kleine blonde dood (Jean van de Velde, 1993). Daarnaast zijn de ontwerpen voor de renovatie van Studio Duivendrecht in 1993 en een afficheontwerp voor Het debuut (Nouchka van Brakel, 1977) naar EYE gegaan.

This slideshow requires JavaScript.

Het op deze manier opsplitsen van een prive-archief is misschien niet gebruikelijk. We zouden er ook voor kunnen kiezen het oeuvre bij elkaar te houden, zodat de collectie een compleet beeld geeft van het werk van de schenker. Maar als je kijkt naar toekomstig gebruik van het erfgoed is opspliting wel een goed idee. Beeld en Geluid zal bijvoorbeeld niet zo snel een tentoonstelling over Nederlandse film organiseren waar de ontwerpschetsen van De avonden een plek zouden kunnen krijgen. En een onderzoeker die iets wil weten van het vak artdirection of productiondesign voor film, zal toch eerst bij EYE gaan zoeken. Zodoende hebben we de collectie van Freek opgesplitst in film-, televisie- en theaterproducties. Voor erfgoed op het gebied van theater liggen de zaken helaas wat ingewikkeld door de opheffing van het Theater Instituut Nederland. Het televisie-erfgoed van Freek gaat eind januari definitief naar de depots van Beeld en Geluid en het film gerelateerde materiaal is nu alvast veilig ondergebracht bij EYE.