Børge en Joanika Ring

Vandaag was ik op bezoek bij Anne-Mieke Bovelett om meer te weten te komen over haar grootvader Peter Zwart. Ze heeft altijd een goede band met hem gehad en heeft een aantal mappen met zijn werk in haar bezit. Hierover binnenkort meer.

Helaas begon het bezoek met slecht nieuws. Het huis van Anne-Miekes ouders, animator Børge en beeldhouwster Joanika Ring is op 1 februari compleet verwoest door een brand. Door de brand zijn de kunstenaars ook hun grootste bron van inkomsten kwijt geraakt. Het huis deed namelijk onder andere dienst als bed & breakfast. Bovendien is de gezondheid van Børge zodanig verslechterd dat hij vlak voor zijn 91ste verjaardag in het ziekenhuis is opgenomen. Voor iedereen die Børge en Joanika wil helpen; er is een site waar je een donatie kan doen help.borgering.com

Er was gelukkig ook goed nieuws. Op 2 februari (één dag na de brand) kreeg Børge de Winsor McCay Award toegekend, een life-time achievement-award van de jaarlijkse Annie Awards. De Oscar die de animator in 1985 won voor Anna en Bella is gesmolten, maar deze prachtige award in de vorm van een Zoetrope maakt dat gemis misschien wat minder. Foto’s en het laatste nieuws zijn te volgen op de sites van Børge, Joanika en Hans Perk.

Richard Levin: Television by Design

Vorm van vermaak is natuurlijk niet het eerste boek over televisievormgeving. In 1961 stelde Richard Levin een boek samen over ontwerpen voor televisie, getiteld “Television by Design”.

Levin wordt in 1953 aangesteld als hoofd van Television Design bij de BBC. Net als bij de beginjaren van de Nederlandse televisie betreft ‘design’ vooral decorontwerp. Levin moet zijn best doen om de BBC directie ervan te overtuigen dat hij ook behoefte heeft aan een grafisch ontwerper. Hij fotografeert een week lang alle grafische vormgeving die op het televisiescherm te zien is, plakt al deze foto’s achter elkaar op een lange rol papier en sluit deze af met de tekst: “that’s why I need a graphic designer”. Zijn creatieve aanpak werkt en in 1954 krijgt hij verterking van graficus John Sewell. In de jaren daarna groeit de grafische afdeling onder leiding van Sewell tot ongeveer 15 ontwerpers in 1961.

In Television by Design besteedt Levin naast set-design, lighting, costume-design, e.a. ook aandacht aan grafisch ontwerp. Er staat werk afgebeeld van: Roy Laughton, Geoffrey Brayley, Bernard Lodge, Don Saul, Geoffrey Martin, Ruth Bribram, Terence Greer, Tom Taylor, Frank Ariss, Bernard Blatch, Kurt Rowland, Brian Pike, Don Higgins en Pat Thompson. Levin voegt er wel aan toe dat een representatie van televisie-graphics in een boek altijd inadequaat is; “…the real force of a title fading or cutting into another, or into al live scene, cannot be appreciated except in its real context. Their subtleties of meaning, developed through the accompanying sounds or speech, which is often an integral part of the design, cannot be distinguished by the eye alone.”

In Levins boek wordt daarnaast internationaal werk getoond. In de voorafgaande tekst gaat Levin in op de verschillende manieren waarop ontwerp voor televisie georganiseerd is. De BBC maakt gebruik van production designers die leiding geven aan alle aspecten van ontwerp (grafisch, decor, maar ook licht en kostuums) en de uitvoering daarvan. Levin realiseert zich dat organisaties met andere productieformats werken, waar ook de rol van de ontwerper anders is. De production designer, een functie afkomstig uit de filmindustrie, bestaat bijvoorbeeld niet bij de Nederlandse televisie. In Nederland bestelt de programmamaker zijn decor bij de afdeling decor, grafiek bij de afdeling grafisch, enzovoorts. Of daar een mooi en samenhangend vormgegeven programma uitkomt, ligt dus in handen van de programmamaker.

De Nederlandse pagina, ingestuurd door de NTS, bevat zes foto’s, waarvan er twee grafisch werk bevatten. Ten eerste zien we de zendmast, het herkenningsbeeld van de NTS, ontworpen door Peter Zwart. Het andere grafisch ontwerp is de opening voor Pipo de Clown van Jan van der Does. Pipo steekt zijn hoofd en een ballon door een uitsparing in een wandje met een groot vraagteken erop. Het filmpje (of de animatie van foto’s) diende vermoedelijk als openingleader voor het programma. De andere 4 foto’s tonen decors van Fokke Duetz, Peter Zwart en Cor Hermeler.

Het verschil tussen de BBC en Nederlandse televisie op het gebied van grafisch ontwerp is minder groot dan je zou verwachten, zeker gezien het gegeven dat de Nederlandse televisie zo’n 15 jaar later van start gaat. In 1954 neemt Peter Zwart voor het eerst een ‘echte’ grafisch ontwerper aan: Jan van der Does. Niet veel later volgen Ger van Essen, Hans Moolenaar, Ton Holst en Marcel van Woerkom. In de jaren daarop, als de afdelingen decor en grafisch beide sterk groeien, raken ook de disciplines verder van elkaar gescheiden. Maar in 1964 is de grafische afdeling van de NTS al net zo groot als die van de BBC in 1961.

Op het gebied van huisstijl zijn ze in Engeland in 1961 al wel heel veel verder. Op pagina 21 schrijft Levin: “…the most important single aspect of graphic design in in the power of its influence over the house style of a television service.” Hij stelt dat ongeveer 10% van de totale uitzendtijd opgaat aan grafisch ontwerp en dat het waarschijnlijk een grotere impact heeft dan alle andere vormen van ontwerp voor televisie. De waarde van een huisstijl moet dus niet onderschat worden: “When a unity of style can be maintained throughout the whole output of graphic design, combined with freshness, originality and strenght of execution, the cumulative effect of it is deep and lasting.”

Het begrip huisstijl is in Nederland in 1961 nog nauwelijks doorgedrongen in grafisch ontwerp en bedrijfsleven. Bovendien werkt het Nederlandse omroepsysteem niet erg mee. Op de Nederlandse televisie wemelt het van de vignetten, emblemen, namen en logo’s. Titelkaarten of vlaggetjes van de verschillende omroepverenigingen bakenen de zendtijd af, en het is niet ongebruikelijk dat een omroepvereniging meerdere vignetten, logo’s, lettertypes of symbolen door elkaar gebruikt. Maar het zijn met name de omroepsters die letterlijk en figuurlijk het gezicht bepalen van de omroepverenigingen. Het door de verzuiling versnipperde televisielandschap is wat dat betreft niet te vergelijken met de BCC.

Richard Levin, Television by Design, London: 1961

60 jaar tv

Het kan je niet ontgaan zijn: de Nederlandse televisie wordt deze zondag 60 jaar. Tenminste, als je de experimentele periode in Eindhoven niet meerekent dan. De eerste landelijke uitzending van de NTS vanuit Studio Irene, een tot televisiestudio omgebouwd kerkje in Bussum, is aanstaande zondag in ieder geval precies 60 jaar geleden.

Een mooie gelegenheid om even terug te kijken naar die eerste uitzending en natuurlijk in het bijzonder naar de vormgeving ervan. Peter Zwart, we schreven al eerder op deze site over hem (de NTS zendmast en het eerste VARA herkenningsfilmpje zijn bijvoorbeeld van zijn hand) is dan de man die verantwoordelijk is voor de aankleding van de uitzending. Dat wil zeggen: de decors én het grafische werk.

bron: Nationaal Archief (links), Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (rechts)

De uitzending begint met vormgeving, of ‘branding’ eigenlijk. Als eerste in beeld is een wapperend NTS vlaggetje. Om het te laten wapperen is een speciale standaard gemaakt met een ventilator. Als we op de foto’s afgaan (er is geen bewegend beeld van deze uitzending) is het vlaggetje meerdere keren in beeld; als openingsbeeld, bij of vlak voor de openingstoespraak van staatssecretaris J.M.L.Th. Cals (foto rechts) en waarschijnlijk ook tijdens de aan- en afkondigingen van omroepster Jeanne Roos. Zo deed de regisseur van de avond, Erik de Vries, dat immers ook bij zijn experimentele uitzendingen voor Philips (foto links).

Daarna volgen staatssecretaris Cals en NTS-voorzitter Kors, beide vertegenwoordigers van de destijds dominante katholieke zuil en van een regering die de introductie van televisie juist zo lang had weten te rekken. Zij spreken voorzichtig optimistisch over de televisie als uitkomst van technische vooruitgang, maar zijn tegelijkertijd zeer sceptisch over de mogelijk schadelijke gevolgen van dit nieuwe massamedium: “passiviteit en grauwe vervlakking”. De waarschuwende woorden van deze heren worden uitgesproken in een opvallend huiselijk decor. Ze zitten in gemakkelijke fauteuils, er staat een salontafel en de achterwand is bekleed met tapijten. Was dit een poging van Zwart om de formele taal en licht dreigende woorden niet al te kil over te laten komen? We kunnen het hem helaas niet meer vragen.

Na een vooraf geproduceerde instructiefilm over de werking van televisie, volgt een verhandeling van professor Halbertsma in een ander hoekje van de minuscule studio. Op de foto hieronder zien we dat het achterwandje nog even in de verf wordt gezet. Zwart houdt hier één van Halbertsma’s afbeeldingen voor de camera die later het verhaal zullen verduidelijken (foto rechts), waarschijnlijk om te testen of ze goed en leesbaar in beeld gebracht kunnen worden.

foto's uit de collectie van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid

Hierna: pauze, want de studio moet omgebouwd worden voor het decor van het eerste televisiespel wat tevens over televisie gaat; ‘De toverspiegel’. Wat gebeurt er in die pauze op het scherm? Vermoedelijk staat er een -uiteraard door Peter Zwart- vervaardigd bordje met de letters ‘pauze’. Maar helaas is daar geen beeld van. Wat er te horen is, is wel bekend: een lied met de toepasselijke tekst “o kom er eens kijken”. Àchter het scherm is iedereen druk in de weer met meubels en decorstukken voor het televisiespel. Als je de onderstaande foto’s vergelijkt, zie je inderdaad achter de wandkleden het begin van de lambrisering en een plintje van het decor van ‘De toverspiegel’.

foto's uit de collectie van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid

Tijdens het eerste televisiespel voltrekt zich ook de eerste storing. Het betreft een beeldstoring en daardoor is er natuurlijk geen kaartje met ‘storing’ in beeld, maar horen de ca. 500 televisiekijkers die avond de omroepster uitleggen dat er iets mis is. Ook weer met zo’n geestige en toepasselijke tekst; “Wij komen pas kijken, maar tenslotte komt u ook pas kijken”. Waarschijnlijk wordt de avond ook weer afgesloten door Roos naast het NTS vlaggetje, maar wederom… daar is verder geen beeldmateriaal van bewaard gebleven.

In verband met het jubileum is er veel aandacht voor de allereerste uitzending en televisiegeschiedeniss, een aantal links voor als je meer wit weten:
* Meer informatie over de experimentele uitzendingen van Philips is o.a. hier te vinden en in het boek over televisiepionier Erik de Vries.
* Beelden voor de Toekomst presenteert een interactieve tijdslijn over 60 jaar televisie. Deze bevat nu de periode tot 1971 en wordt in in de komende weken nog verder aangevuld.
* Uitgebreide informatie over de eerste tv-uitzending, de medewerkers en fotomateriaal is te vinden op de Beeldengeluidwiki.nl.
* Naast Vorm van vermaak (dat je natuurlijk al in de kast hebt staan) verschijnen/verschenen er naar aanleiding van het tv jubileum nog een aantal mooie naslagwerken, zoals het boek over de omroepsters: Goedenavond Dames en Heren, Beeldenstorm van Ruud van Gessel en 60 jaar televisie van Bert van der Veer.
* De Publieke Omroep heeft het publiek gevraagd een TV canon te kiezen, fragmenten van de verkozen programma;’s zijn ook online te bekijken.

Allereerste VARA-haan

Peter Zwart ca. 1951

Voor het uitroepteken was de haan lange tijd het symbool van de VARA. De radio-uitzendingen van de socialistische radio omroep begonnen met het kraaien van de haan. Dat geluid symboliseerde de nieuwe dageraad, een hoopvol optimisme naar een toekomst waar socialistische idealen waarheid zouden worden. Toen men voor de eerste VARA televisie uitzending een herkenningsfilmpje nodig had was de haan dan ook een logische hoofdrolspeler.

Peter Zwart maakte dit filmpje voor de VARA. Zwart werkte rond die tijd ook bij Studio Geesink, ook wel bekend als Dollywood. De studio waar men reclamefilms maakte voor Phillips, Bols en internationale klanten. Die poppenanimaties waren meestal heel vermakelijk en ludiek: voetballende bierflesjes, dansende sinaasappelen. Ze worden nu allemaal gerestaureerd en gedigitaliseerd door het EYE Film Instituut (voorheen Filmmuseum).

Uit de schetsen van Zwart voor de VARA blijkt duidelijk dat hij putte uit de stijl van Dollywood. Een ondeugend haantje komt uit een kerktoren en knipoogt naar de televisiekijker. Misschien was het voor de VARA toch iets te ludiek en ook de kerktoren uit de schets zal misschien niet zo in de smaak zijn gevallen. De kerktoren werd de toren van het VARA gebouw en de haan stond trots helemaal bovenop.

Het filmpje zelf is verdwenen, maar dankzij de foto van Zwart met de maquette en de schetsen kunnen we ons nog wel inbeelden hoe het er uit heeft gezien. En het eindshot kennen we omdat iemand een foto vanaf het televisiescherm heeft gemaakt van die allereerste stationcalls. We weten zelfs wat televisievormgeving ongeveer kostte in 1951. Voor drie animatiefilmpjes van ongeveer 4 seconden en 3 titels rekende Zwart 250 gulden.

fragment uit een van de schetsen van Peter Zwart voor de VARA, ca 1951 (foto en schetsen komen uit de privé collectie van de erven Peter Zwart)

NTS zendmast

De herkenningsbeelden die de omroepverenigingen en de NTS (voorloper NOS) in de jaren vijftig gebruikten zijn iconisch geworden. De VARA haan op een windwijzer, de statige VPRO letters tegen een achtergrond van wolken, het vaandel van de NCRV. Deze foto’s zijn in zo’n beetje alle geschiedenisboeken over de omroep terug te vinden.

Maar zoals dat vaak is bij iconische beelden, weten we er eigenlijk weinig over. Behalve dat de foto’s van een televisiescherm zijn gemaakt ergens in 1951. Omdat die eerste jaren alles live was, is er niets bewaard van die uitzendingen. We weten dus niet hoe vaak deze herkenningbeelden te zien waren. Hoe lang waren ze op het scherm? Met welke muziek? Waren het dia’s of bewegende beelden op film?

Van de VARA weten we aan de hand van de schetsen van Peter Zwart dat hun windhaantje onderdeel was van een filmpje (zie in het boek pagina 226-227 en hier). Omdat Peter Zwart de eerste paar jaar alle creatieve werkzaamheden zo goed als in zijn eentje doet, is het zeer waarschijnlijk dat hij verantwoordelijk is geweest voor al deze iconische beelden. En dan is het ook waarschijnlijk dat de VPRO wolkenlucht, de NCRV trompet en de KRO pauze foto ook onderdeel zijn geweest van herkenningsfilmpjes, in plaat van statische dia’s of titelkaarten. De filmpjes zelf hebben het helaas niet overleefd, dus zeker weten we het allemaal niet.

Het meest iconische beeld van de prille jaren van de Nederlandse televisie is de NTS zendmast. Hiervan weten we wel zeker dat deze door Peter Zwart is ontworpen. Want, net als bij het VARA-filmpje, is er een schets van. Die schets is bewaard door Zwarts zoon Peter Zwart jr. Op de schets ‘idee NTS-dia’ staat een lijstje van de vier variaties die er moeten komen: NTS-dia, einde, pauze en storing. Die laatste twee zijn het meest in beeld geweest. Er ging nog wel eens wat mis in die experimentele periode. En, omdat alles live was, moest er soms een pauze ingelast worden om te wisselen van decor.

AANVULLING 10-11-2013

Rene Coelho, destijds cameraman bij de televisie mailde me dat er in de kantine de volgende interpretatie van de NTS Pauze-dia werd gemaakt:

Niet Tegen Sassen
Paal Al Uit Zijn Evenwicht

 

AANVULLING 2: datering van de NTS titelkaart met zendmast

NTS herkenningsdia van J.Ph. Dorren uit 1952

NTS herkenningsdia van J.Ph. Dorren uit 1952

De schets is mogelijk niet zou oud als de dia’s van de omroepverenigingen bovenin deze post. In het eerste experimentele tv-seizoen (oktober 1951 tot en met oktober 1952) wordt de NTS-vlag gebruikt als herkenningsbeeld. In mei 1952 een ontwerpwedstrijd uit voor een herkenningsbeeld voor het tweede seizoen. De eisen aan het ontwerp: de woorden ‘Nederlandse Televisie Stichting’ moeten erop staan; het moet geschikt zijn om drie minuten in beeld te zijn; het mag een statisch beeld zijn of een mechanisch apparaat (zoiets als de BBC-vleermuis). Als winnend ontwerp kiest men de afbeelding van studio Irene met de zendstalen, een ontwerp van meneer J.Ph. Dorren uit Hilversum die daar 250 gulden voor krijgt.

NTS embleem uit ca 1958

NTS embleem uit ca 1959

De titelkaart van Dorren is mogelijk tot 1959 in gebruik. Dan heeft de NTS een nieuwe voorzitter Schüttenhelm en moet er dus een nieuw embleem komen. Ditmaal wordt dat gewoon door de eigen grafisch afdeling gedaan. Wie dat ontwerp met de drie televisiekadertjes heeft gemaakt, is niet helemaal zeker. Mogelijk is dat Ralda Ebbing geweest, maar het zou ook een ontwerp van Peter Zwart geweest kunnen zijn. De schets hiervan is in ieder geval nog niet boven water.

Met dank aan Michel van Dijk