Decors van Dorus: Klokhuis

Dorus van der Linden haalt herinneringen op aan tv-producties waar hij als decorontwerper aan heeft gewerkt. Deze keer: Het klokhuis.

Dorus: “Ik nam af en toe een studioperiode voor Het klokhuis over van mijn broer Stef. In een van die periodes kwam een scene voor waarin Aart Staartjes vertelt waarom hij altijd op een vast tijdstip een bezoek brengt aan het Aquarium in Artis. Dat is wanneer de ramen van de aquaria van binnen door een zeer aantrekkelijke dame worden schoongemaakt. Dat betekende dus voor mij als ontwerper: een groot bassin met water, vissen en waterplanten maar… de budgetbeheerder van de NPS was iets minder enthousiast over dit idee.

Toen heb ik bedacht: eenvoudig een plexiglazen wand, omgekeerde (kunststof) planten uit het NOB ‘bloemenatelier’, onderin een bellenblaasmachine en een mist- en windmachine om golvend water met luchtbellen te suggereren. Tussen de ‘waterplanten’ bewoog mijn assistente vissen op stokjes heen en weer. De aquarium-schoonmaakster bewoog met zwemmende bewegingen langs de ramen. Deze simpele oplossing gaf een dermate realistisch effect dat iedereen verrast was.”

Showdecors van Cor Hermeler

Deze decorontwerpen komen uit de collectie van Beeld en Geluid, over herkomst en verwerving is niets bekend. In de doos zaten naast deze ontwerpen van Cor Hermeler, nog schetsen en tekeningen van Mia Schlosser, Fokke Duetz en Huub van Gestel.

Nog twee decorontwerpen gevonden van Els Salomons

archief Weynand Grijzen: plakboek 1928-1958

Het archief van Weynand Grijzen (inmiddels ondergebracht bij het Nederlands Instituut voor Beeld en  Geluid) bevat onder meer een plakboek waaruit veel duidelijk wordt over de periode voordat Weynand bij de NTS als freelance decorontwerper aan de slag gaat. We konden daar al iets over lezen in de biografie geschreven door Weynand’s neef Willem van der Molen. Klik op de afbeeldingen voor toelichting.

Bericht van Harry Pelle

Harry Pelle laat weten dat er weer een reünie gepland staat voor voormalige omroepmedewerkers. Deze reünie zal plaatsvinden op vrijdag 8 mei 2015. De locatie is: Restaurant Airport Hilversum Noodweg 43, 1213 PW Hilversum. Vanaf 14.00 uur is iedereen welkom, dus als je het leuk vindt om oud-collega’s te ontmoeten, weet je waar je moet zijn…

Willems museum

Willems museumLegendarische showhost Willem Ruis heeft sinds kort een eigen online museum. De producenten van de op het leven en werk van de te jong gestorven Ruis gebaseerde theatershow Willem Ruis, de show van zijn leven hebben een website gelanceerd waarop materiaal uit het archief van Hub Berkers te bewonderen is. Veel Sterrenshow dus, met knipsels, foto’s, draaiboeknotities (van Ruis) en tekeningen (van Berkers). Tevens op de site: fragmenten (YouTube) en een uitgebreide tijdlijn. De show van zijn leven gaat op 29 November 2015 in premiere in de Stadsschouwburg Haarlem.

Show me the news: Brandende tram in de woestijn

Dick van Stralen, was van  1988-2003 artidirector van de 'dagelijkse grafiek' bij het NOS Journaal

Dick van Stralen, was van 1988-2003 artdirector van de ‘dagelijkse grafiek’ bij het NOS Journaal

Voor Show me the news (tot 22 maart te zien in Museum Hilversum) sprak ik natuurlijk ook met Dick van Stralen. Toen het NOS Journaal in 1988 de beschikking kreeg over een Paintbox (een computer voor digitaal ontwerp en beeldbewerking) werd ook de grafische afdeling op de journaal-redactie uitgebreid. Dick van Stralen kreeg als artdirector de leiding over deze groep ontwerpers, operators en freelancers.

Toen ik bij hem op bezoek was in november 2014 hing in zijn woonkamer bewijs van zijn werk bij het journaal. Van Stralen vertelde dat hij na zijn vertrek in 2003 een aantal van zijn ontwerpen in had gelijst omdat er bijzondere verhalen en herinneringen aan zaten.

IMG_0009
Dick van Stralen: “De NS en vertragingen zijn van die terugkerende onderwerpen in het journaal. Een van de redacteuren, Tina heette ze, had een item over vertragingen en daar moest een DVE [een digital video effect; het ‘zwevende’ beeld naast de nieuwslezer] voor komen. Bij de Painbox kon je beeldmateriaal uit een reportage knippen, maar je kon ook zelf iets onder de camera leggen en dat beeld vervolgens bewerken of aanpassen. Ik had voor het item van Tina het spoorboekje genomen en op een willekeurige pagina open gelegd. Ze kwam langs om te kijken en was blij: “wat leuk dat je mijn naam erin hebt!” Ik keek nog eens goed, ik had de pagina open geslagen op pagina tien A.”

Bas F. © NOS Journaal

Bas F. © NOS Journaal

“Tien A of Tina hangt niet meer in de kamer, maar staat waarschijnlijk nog wel ingelijst in de garage bij de lijst waar BASF in zat. Dat vond ik zelf een mooie, maar mijn vrouw vond de doodskop niet zo gezellig, dus vandaar de verhuizing uit de woonkamer. Waar het item over ging? Een giflozing denk ik. Het waren niet altijd even inspirerende onderwerpen natuurlijk, maar dat zo’n waarschuwingsteken voor gif in de naam van het verdachte bedrijf past, is dan een mooi toeval.”

DDR © NOS Journaal

DDR © NOS Journaal

“Het ontwerp hierboven is nooit uitgezonden. Er zouden verkiezingen aankomen in de DDR en ik had daarvoor dit gemaakt. Maar toen viel de muur! We hadden voor verkiezingen en voor een aantal andere veel voorkkomende onderwerpen een vaste opmaak. De achtergrond met de stemvakjes, een potlood in de kleuren van de vlag, dat was de standaard voor verkiezingen. Ik vond het belangrijk om er een systeem in het hebben, zodat het een eenheid was.”

Show met the news, tot 22 maart in Museum Hilversum

Show met the news, tot 22 maart in Museum Hilversum

“In sommige gevallen weet iedereen wel wat er gaat komen, maar niet wanneer precies. Dat was zo met het begin van de Golfoorlog, de aanval van de internationale coalitie in Irak. De regisseur die die avond dienst had, vroeg me om alvast een DVE te maken. Als het dan die avond zou gebeuren dan kon daar live op ingespeeld worden en was er alvast iets. Maar ja, er was nog niets gebeurd dus er was ook nog geen beeldmateriaal. Wat doe je dan? Ik nam uit een oude reportage een shot van een brandende tram, een stukje zand van een andere foto, een straaljager uit het Digital Libary System en zo onstond ‘de Golfoorlog’. En als je zo’n beeld eenmaal gebruikt bij dat nieuws, blijft het ook daarna in gebruik. De brandende tram is zodoende maanden in beeld geweest.”

Show me the newsdesk

Eugenie Herlaar achter haar nieuwsdesk in 1966 ©Beeld en Geluid

Eugenie Herlaar achter haar nieuwsdesk in 1966 ©Beeld en Geluid

Het belangrijkste stuk in een journaaldecor is natuurlijk de nieuwsdesk. De nieuwsdesk was in de jaren vijftig en zestig nog gewoon een bureau’tje, zo’n stalen ding waar ook de journaal-redactie en alle andere NTS-medewerkers achter zaten te werken. Die bureau’s zijn op de rommelmarkten nog gemakkelijk op te snorren, maar de nieuwsdesks daarna zijn helaas heel wat lastiger vinden. Net als de rest van het decor zijn ze op een enkele uitzondering na, weggegooid.

NOS Journaal Dag Decor (1995)

Gijs Wanders acher de nieuwsdesk van Dirk Debou, 1995

Het team dat in 1995 aan de slag ging met de vormgeving van het NOS Journaal (en Studio Sport, Jeugdjournaal, Actueel, Den Haag Vandaag) maakte voor het eerst echt flink werk van de nieuwsdesk(s). Met de gong als uitgangspunt ontwierp Dirk Debou een decor met veel lijnen, warme kopertinten en matglanzende metalen oppervlaktes. Andé Postma was destijds zijn tweede man en nam onder meer het Jeugdjournaal voor zijn rekening.

Het aardige is; van deze vormgeving bestaan nog twee desks. Waarschijnlijk zijn het de enige twee nog bestaande nieuwsdesk uit de geschiedenis van het NOS Journaal. Maar helaas, ze zijn niet te zien in de tentoonstelling…. Ik zal uitleggen waarom.

Bureau van Dirk Debou

Nieuwsdesk Bureau van Dirk Debou

De NOS Journaal-desk waar onder andere Humberto Tan, Philip Freriks en Sacha de Boer in de periode 1995 en 2001 achter zaten, staat bij Dirk Debou thuis in Amsterdam en komt daar waarschijnlijk nooit meer vandaan. Het grotendeels stalen gevaarte is toen de decorontwerper deze woning betrok met een kraan door het dak getild. Dat dak was destijds opengebroken om er een nieuwe raampartij in te bouwen en nu staat het bureau als het ware opgesloten in het huis en doet het dienst als bureau.

Aldith Hunkar achter de Jeugdjournaal-desk van André Postma,1995. ©Beeld en Geluid

Ook de futuristische Jeugdjournaal-desk van André Postma heeft een tweede leven gekregen. Postma heeft hem niet thuis in gebruik als bijzettafel, deze desk is nog een aantal weken per jaar op televisie. De NTR gebruikt hem namelijk in het decor waaruit Dieuwertje Blok het Sinterklaasjournaal presenteert. De desk heeft wel behoorlijke metamorfose ondergaan: hij is goud gespoten en versierd met rode strikken, kadootjes en pepernoten. We vonden de desk in deze staat toch niet zo passen in de tentoonstelling….

Dieuwertje en Sinterklaas achter de 'versinterklaasde' Jeugdjournaaldesk. © NTR

Dieuwertje en Sinterklaas achter de ‘versinterklaasde’ Jeugdjournaaldesk. © NTR

Maar het was een lastige beslissing. Juist omdat het het de enige nog bestaande – en verplaatsbare – nieuwsdesk is die ik heb kunnen vinden. De rest is allemaal in de kraker beland. Niet zo gek natuurlijk, moet je je eens indenken hoeveel ruimte je nodig zou hebben als je alle decors en alle decorstukken uit de televisiehistorie zou willen bewaren. Dat kost een hoop ruimte en een lieve duit. Tekeningen zijn wat dat betreft makkelijker te bewaren. Postma heeft zijn werktekening voor de Jeugdjournaal-desk uit 1995 nog!

De werktekening van André Postma uit 1995 (klik voor een vergoting)

De werktekening van André Postma uit 1995 (klik voor een vergoting)

In de tentoonstelling Show me the news (Museum Hilversum tot en met 22 maart) is meer werk van André Postma en Dirk Debou te zien. Na hun NOS Journaal-vormgeving hebben ze beide ook voor RTL Nieuws decors ontworpen, Debou in 1998 en Postma in 2003. En daarvan zijn maquettes, tekeningen, foto’s en fragmenten te zien. Geen desk helaas, maar wel een nieuwsdesk op schaal… Kom maar kijken!

Ger van Essen, kapitale onderkast

Voor de tentoonstelling Show me the news heb ik veel mensen gesproken van de voormalige NTS/NOS Hoofdafdeling Ontwerp en één daarvan was Ger van Essen. Van Essen werkte van 1957 tot eind jaren tachtig als grafisch ontwerper bij de televisie en tussen 1959 en 1973 gaf hij leiding aan de onderafdeling Grafisch Ontwerp. Ik was benieuwd of hij zich het ontwerp voor de NTS Weekjournaal-leader uit 1958 nog kon herinneren. Dat was natuurlijk niet het geval, niet zo gek als je bedenkt dat dat bijna zestig jaar geleden was en dat hij wel waarschijnlijk duizenden leaders heeft gemaakt. We kwamen daarna te spreken over zijn loopbaan bij de televisie, de aanloop daar naar toe en hoe hij terugkijkt op zijn rol in de afdeling.

Van Essen tekent als kind al graag op de stroken papier, die zijn oom, chef bij drukkerij Callenbach in Nijkerk, voor hem meeneemt. Na de MULO krijgt Van Essen een baantje bij deze (boek)drukkerij als assistent van de ontwerper die daar in vaste dienst is. Als deze ontwerper vertrekt, neemt Van Essen zijn plaats in. Een van de opdrachten is scoutingblad VT. Hiervoor maakt Van Essen illustraties, verzorgt hij de lay-out en berekeningen, meestal op het laatste moment. Een collega wijst Van Essen op een vacature voor ‘aankomend ontwerper’ bij de Nederlandse Televisie Stichting. “Er was nog maar één net, zwart-wit en maar een paar uur televisie per week, maar toch zag ik er een leuke toekomst in. Ik was 28 jaar en in Nijkerk zag ik weinig mogelijkheden om verder te komen. Ik had geen academische opleiding maar ik hield wel alles in de gaten wat er buiten Nijkerk gebeurde. Als er een nieuwe letter was dan wist ik dat meteen.”

Met zijn ontwerpen voor VT onder de arm solliciteert Van Essen met succes bij Peter Zwart. “Van doorslaggegevend belang is waarschijnlijk dat ik gewend was om onder grote tijdsdruk te werken en veel oog voor detail had.” Aan het einde van het gesprek geeft Van Essen Roel Renssen op als referentie. (Voor VT heeft Van Essen contact met Roel Renssen, perschef van de Nederlandse Padvinders Beweging. Renssen is dan net bij het NTS Journaal komen werken als tweede man naast Carel Enkelaar. Die twee kenden elkaar ook via de scouting, want Enkelaar was perschef van de Katholieke Jeugdvereniging) “Maar of Peter Zwart daar geïnformeerd heeft, weet ik niet”, zegt Van Essen, “in ieder geval; ik werd aangenomen.”

Televizier, 5-5-1962

Televizier, 5-5-1962

Van Essen begint op de Ambachtsschool in oktober 1957 en hij is dan de 57e NTS-werknemer. Zijn collega grafici zijn op dat moment Hans Moolenaar en Jan van der Does die tevens chef van deze kleine grafische afdeling is. Van der Does legt het accent op een nauwkeurige belettering en dat bevalt Van Essen goed. Het eerste jaar werken de drie veel samen aan opdrachten voor programmamakers: ze kaligraferen titelrollen en titelkaarten met de hand, maken illustraties, animaties en trucages. Een aantal van hun werkformulieren en storyboards zijn hier te zien: Animations en special effects in de jaren vijftig en NTS Weekjournaal-leader 1958.

Eind jaren vijftig, als Peter Zwart en Fokke Duetz tijdelijk uitgeschakeld zijn door de combinatie van ziekte en de hoge werkdruk, gaat Jan van der Does gedeeltelijk over naar de afdeling decorontwerp. Eerst werkt hij nog half als chef voor de grafici, maar al snel is hij helemaal over naar decorontwerp. Van Essen neemt dan de rol van afdelingschef op zich. De benaming chef, daar heeft hij trouwens een hekel aan laat hij me weten: “Ik zie mezelf meer als een coach dan een leider, als iemand die langs de trein loopt om hier en daar wat olie te spuiten zodat het allemaal optimaal loopt.”

De coach van de afdeling grafisch ontwerp heeft veel plezierige momenten om op terug te kijken: “Het was een vrolijke, gekke groep mensen”. Van Essen herinnert zich een kerstpakket van de NOS met allemaal zomerse kado’s erin: “Toen kwamen de ontwerpers de dag erop in zwempak naar het werk”. Of de verhalen van Peter Zwart: “Een bon-vivant die wel tien verschillende levens had gehad, als duikbootkapitein onder andere.” Van Essen spreekt met bewondering over ‘zijn’ ontwerpers: de humor in het werk van Frans Lasès voor de Stratemakeropzeeshow bijvoorbeeld. Of het NOS-logo van Johan Volkerijk, wat de eerste grote huisstijlopdracht voor de afdeling was. Uit de vele honderen sollicitatiebrieven die hij voor ogen kreeg, staan die van Hans de Cocq en Henk Vermolen in zijn geheugen gegrift, zo verzorgd was hun handschrift. Van Essen: “Ik noem er maar een paar, maar ze hadden allemaal hun eigen bijzondere kwaliteiten.”

Wat begint als een klein stroompje, wordt een groot kanaal. De afdeling groeit van drie naar dertig personen en ook de techniek ontwikkelt zich razendsnel. Van Essen probeert ervoor te zorgen dat de werkomstandigheden ideaal zijn, dat de afdeling fotografische zettechnieken kan gaan gebruiken, dat er een zeefdrukkerij komt. Belangrijk is met name de vrijheid die de ontwerpers hebben als het gaat om het indelen van de beschikbare tijd. Voor alle NTS/NOS-faciliteiten – studiotijd, materialen en manuren – geldt een verdeling naar grootte van de omroepvereniging. Dat betekent bijvoorbeeld dat een kleine omroep als de VPRO minder ontwerp-uren toebedeeld zou krijgen als bijvoorbeeld een grote omroepvereniging als de AVRO. Die koppeling laat Van Essen helemaal los voor de grafische afdeling, en ook Arie van den Dool, hoofd van de Dienst Programma Faciliteiten ziet de voordelen hiervan.

Een soepele urenadministratie heeft tot gevolg dat de ontwerpers de ruimte hebben om zich te profileren en de tijd krijgen om een goede band op te bouwen met programmamakers. Van Essen: “Frans Schupp en Rien van Wijk hadden dat met TopPop, Frans heeft toen heel hard gewerkt, die keek echt niet op een uurtje en daar kwamen fantastische dingen uit voort. De ontwerpers maakten goed gebruik van die vrijheid om te experimenteren en te excelleren. Jaap Drupsteen bijvoorbeeld kon wel eens een hele dag aan een titelrol werken, terwijl dat eigenlijk maar een paar uur zou moeten duren. Die moest je zijn gang laten gaan, want daar kwam dan aan het eind van de dag iets heel bijzonders uit.”

De opdrachten probeert Van Essen zo goed mogelijk af te stemmen op de individuele kwaliteiten van de ontwerpers, want tussen het werk van illustrator Ton Holst of grafisch ontwerper Will Bakker zit een wereld van verschil. Tegelijkertijd benadrukte Van Essen het belang om als een collectief opereren: “Het was een transparante afdeling, iedereen was aanwezig op de maandelijkse vergadering en iedereen kon voor elkaar inspringen. Ook ik was vervangbaar als het nodig was, want het werk moest af.” Een van de hoogtepunten is voor Van Essen dan ook de Frans Duwaerprijs in 1971 die aan de afdeling als collectief wordt toegekend.

Na de Frans Duwaerprijs kijkt Van Essen vooruit en realiseert zich dat de ontwerpers een nieuwe inspirerende chef nodig hebben om de afdeling tot nieuwe technieken, nieuwe vormgeving en nieuwe hoogtes te brengen. Bovendien krijgt hij geziondheidsklachten. Hij wil terugtreden als chef, maar Van den Dool wil er niets van horen en gaat niet akkoord. Van Essen blijft zodoende aan, maar is door ziekte afwezig als het conflict tussen de ontwerpers en de leiding van de DPF naar aanleiding van de reorganisatie (tot een zogeheten ringensysteem) bij de NOS escaleert.

Het doel van die reorganisatie is democratisering, maar ondertussen benoemt men van hogerhand en zonder inspraak van de ontwerpers Jan van der Does als manager van de Hoofdafdeling Ontwerp. De ontwerpgroep – die inspraak bij deze benoeming is beloofd – komt in opstand. Niet alle ontwerpers zijn tegen de benoeming an sich, Van Essen heeft bijvoorbeeld vertrouwen in Van der Does op die positie, maar de gebroken belofte valt bij niemand goed. Van Essen maakt bezwaar bij Van den Dool. Hij herinnert zich dat gesprek als volgt: “Op vrijdag word ik op het matje geroepen. Van der Dool legt uit dat het nieuwe ringensysteem wel democratisch is, maar tot bepaalde hoogte. Hij noemt het een hark: de vele tanden zijn allemaal gelijk, maar daarboven staat één lange, sterke steel en dat is hij. Ik was het daar niet mee eens en toen zei hij: “Nu heb je je zin”. Vanaf maandag was ik uit mijn functie ontheven. Na het weekend zat ik weer achter de tekentafel en was ik geen chef meer.”

Weer achter de tekentafel ontwerpt Van Essen veel voor wetenschapsprogramma Horizon, waarvoor allerlei verklarende illustraties nodig zijn. In 1982 viert hij zijn 25-jarig jubileum bij de NOS. Collega-ontwerpers maken een film met de fraaie titel ‘Een kapitale onderkast’ en maken er een memorabel feest van. Van Essen komt over als een bescheiden man, maar denk niet dat hij over zich heen laat lopen: “Bescheiden klinkt gelijk zo dociel. Ik hield me als coach wel op de achtergrond – het ging natuurlijk om de ontwerpers – maar ik wist precies wanneer ik moest knokken voor de groep. Meestal lukte dat ook, Van den Dool en ook Emile Schüttenhelm waren meestal wel ontvankelijk voor mijn eisen. Als de ontwerpers mooi werk deden, straalde dat natuurlijk af op de hele NOS.” Een kapitale onderkast dus, op de achtergrond, maar onmisbaar.

Show me the news: Paintbox-portretten

Arie Teunissen aan het werk op de PAintbox, omringt door zijn creaties. Foto: Arie Teunissen

Arie Teunissen aan het werk op de Paintbox, omringt door zijn creaties. Foto: Arie Teunissen

Voor de tentoonstelling Show me the news heb ik uiteraard ook contact gezocht met Arie Teunissen die van 1989 tot 199 als ontwerper bij het NOS Journaal en het Jeugdjournaal werkte (en vanaf 1966 op de NTS/NOS Afdeling Grafisch Ontwerp). Hij heeft laden omgekeerd, dozen en mappen geleegd, maar had helaas geen tastbaar werk meer om te kunnen laten zien in de tentoonstelling. Hij vertelde me het volgende:

“Ooit, wat mij betreft jaren zestig, deed de hele afdeling Grafisch Ontwerp mee aan wat toen ‘Journaaldiensten’ heette. Bij toerbeurt deden we een dag de dienst die voornamelijk bestond uit het, met de hand, maken van landkaarten, teksten (op de hotpress) en andere soorten van uitleg. Later sneden en plakten we de kaarten uit gekleurd papier met gefotozette strookjes tekst die verwijderbaar waren zodat de kaarten meerdere malen gebruikt konden worden.”

“Tegen het eind van de jaren zeventig kwam een kleinere vaste ploeg in de plaats van de toerdiensten, en die ploeg werd uitgebreid toen het ‘gereedschap’ de Paintbox werd. Vanaf ongeveer 1990 gingen Dick van Stralen en ik over van de afdeling Grafisch Ontwerp naar het Journaal om het ontwerp en de coördinatie voor de dagelijkse NOS Journaals te doen. Daar hoorde ook het Jeugdjournaal bij, waarvoor ik ook veel heb geïllustreerd. De vormgeving bestond onder andere uit het in een vast stramien laten zien van het onderwerp naast de nieuwslezer(es). Verder ontwierpen we uitleg die nodig was bij het onderwerp: grafieken, teksten, landkaarten en wat er zoal nodig was. Afhankelijk van de hoeveelheid was dit onder behoorlijke tijdsdruk.”

“Eerst werkten nog met hulp van operators die op onze aanwijzingen de Paintbox bedienden. Later deden we ontwerp én uitvoering grotendeels zelf. En dat is ook de reden dat ik niets tastbaars heb gevonden. Het gebeurde allemaal digitaal en zit -voorzover het er nog is – in de Paintbox-archieven. De overgang van de zeer kostbare Paintbox naar de computer heb ik net niet meegemaakt, dat was niet lang na ik vertrok in 1999.”

This slideshow requires JavaScript.

“Ik heb nog wel digitaal beeld. Bij mijn vertrek bij het journaal heb ik een videoband met voorbeelden van mijn werk gekregen. Daarvan komen bovenstaande stills. Het zijn op de paintbox getekende portretten van in 1993 overleden personen voor het jaaroverzicht van het NOS Journaal. Ik weet het niet helemaal zeker meer, maar Martin de Groot, die de regie had van dit jaaroverzicht was degene die op het idee kwam mij de overledenen te laten portretteren met een tekening. Dat was voor het eerst, want daar werden in de regel foto’s voor gebruikt. Ik tekende de portretten op virtueel tekenpapier in een virtueel schetsboek en ze zagen er kennelijk zo echt uit dat er verzoeken van nabestaanden kwamen of ze de tekening mochten hebben. Het geheel werd ‘geanimeerd’ omgebladerd en van stemmige muziek voorzien. Er was in die tijd – misschien nu ook nog wel – een traditie om het jaaroverzicht nadat het af was gezamenlijk te bekijken met iedereen die er aan meewerkte. Een aardig compliment was dat er na het ‘overledenen’-filmpje een spontaan applausje opklonk.”

In de tentoonstelling Show me the news bij Museum Hilversum is meer Paintbox-artwork te zien van Dick van Stralen, Arie Teunissen en andere ontwerpers bij het NOS Journaal.